Stichting GRAFMONUMENTEN Sint Pieter.

Meer over drenkelingen en ongelukken gebeurd in samenhang met de Maas, de Jeker, het Kanaal van Luik naar Maastricht en andere waterwegen in het Maastrichtse en Luikse stroomgebied.

Water is van levensbelang voor mens, dier en planten. Water kan ook gewelddadig zijn, slachtoffers veroorzaken. Droogte, overvloedige regenval en overstromingen zorgen voor slachtoffers. Waterwegen zorgden en zorgen ook voor welvaart, economische activiteiten. Aan waterwegen ontstond vaak veel industrie en niet te vergeten Maastricht - Traiectum ad Mosam - ontstond als oversteek bij de Maas. Onvermijdelijk is dat velen verdronken in de waterwegen in en rondom Maastricht. De Maas is een grillige regenrivier, kades werden vaak niet afgezet met hekwerken en het was donker; verlichting was er nauwelijks. Bovendien konden velen personen niet zwemmen. Dood door opzettelijke verdrinking, zelfdoding als gevolg van persoonlijk leed of vanwege een psychische aandoening, komt regelmatig voor.

In begrafenisregisters wordt vaak een doodsoorzaak vermeld. Bij de aangiftes van overlijden Burgerlijke Stand is vaak ook nadere informatie te vinden, maar niet altijd. In kronieken worden ook drenkelingen genoemd. Middels de krantencollecties van het project Delpher Nederlandstalige krantenpagina’s is veel informatie beschikbaar.

Philippus Van Gulpen schrijft in zijn Kroniek der stad Maastricht: "1860 Den 10 julij is een jong mensch van 18 jaren uijt de Stokstraat in het Canaal Van Luijk gevallen aan O.L. Vrouwe poort, men heeft hen aanstonds uijtgehaald, het was in volle dag, maar is niet tot sig gekomen. Het was een looper en slijper. Niet geslapen hebbende ging laveeren op de drijvende stellagie der metselaers, die het Canael repareerden en is in het water gevallen."

Wie was deze ongelukkige? Het slachtoffer was Ignatius OEDZES. Zijn ouders waren Johannes ROELS OEDZES en Joanna BÖHMER.

Ignatius werd 6 juni 1842 geboren te Maastricht, Tongersestraat 365 als onwettige zoon van Joanna BÖHMER. 13 oktober 1842 wordt hij erkend door de vader bij het huwelijk met Joanna te Maastricht. Hij overleed ("omgekomen") 10 juli 1860, 18 jaar oud, een uur des namiddags te Maastricht. Bevolkingsregister Maastricht 1850-1860: schoolleerling wonende Abtstraat 2097 te Maastricht. Ten tijde van overlijden was Ignatius dagloner, ongehuwd en woonachtig in de Stokstraat 3003. De aangevers van zijn overlijden waren Arnoldus GODDING, dagloner, 40 jaar oud, nabuur en Christiaan Lambert SCHAPPIN, 42 jaar oud, eveneens nabuur en beiden woonachtig te Maastricht.

Aangifte geboorte en erkenning van Ignatius Oedzes.

 

De Onze Lieve Vrouwepoort in 1867 aan de kanaalzijde. Brug en tamboer (verdedigingswerk). Foto: privécollectie. Fotograaf Theodor Weijnen (1835-1904). 4 april 1868 werd de sloop van de Onze Lieve Vrouwepoort aanbesteed.

Dagblad De Nieuwe Limburger (september 1962) bericht over de laatste stuiptrekkingen van deze oude ophaalbrug.

 

Restant tamboer heden nog aanwezig, De tamboer werd gebouwd in 1850 tussen de Jeker en het nieuw aangelegde Kanaal van Luik naar Maastricht. In de gleuven kon men houten balken schuiven ter versperring van de doorgang.

 

Nu even terug in de tijd ...

 

21 september 1667 (op de dag van het feest van St. Matteüs, apostel en evangelist): Bartholomeus RONDAIJ, Joannes RONDAIJ en Paulus RONDAIJ werden begraven op 21 september 1667 te St. Pieter. Zij waren verdronken in de Maas toen hun bootje omsloeg als gevolg van een sterke rukwind tijdens het afvaren tussen Lanaye en Nivelle onder het fort.

Gerardus LOUVERIX verdronk in de Maas toen hij probeerde een aantal kinderen te redden, waarschijnlijk bovengenoemden. Hij was 65 jaar oud.

Gerard werd gedoopt op 10 april 1602 te St. Pieter als zoon van:
Rutgerus LOUWERIX (LOUVRIX LOUVERIX LOUWERYCCX) geboren omtrent 1570. Reyner huwde Elijzabetha BUIJS (BIJS BEENEN) 5 november 1590 te St. Pieter. Reyner overleed "peste mortuis" (gestorven aan de pest) en werd begraven op 7 juni 1632 te St. Pieter. Elijzabetha BUIJS (BIJS BEENEN) werd geboren omtrent 1570.
Gerard huwde Maria HENSKENS (GENSKENS) omtrent 1644. Hij werd begraven op 21 september 1667 te St. Pieter.

 

Quirinus VAN HONTUM was ook een van de drenkelingen. Quirinis werd geboren omtrent 1638. Hij huwde Catharina PARTOUNS omtrent 1659. Quirinus werd begraven op 21 september 1667 te St. Pieter. Een maand na zijn overlijden wordt zijn zoon Quirinis VAN HONTEM geboren en gedoopt op 29 oktober 1667 te St. Pieter.

 

 

9 mei 1687 zijn de schout en schepenen van de Vrijheid van Ste Peters namelijk T. Goddingh S.S. Lt. (Licentiaat) Raijmaeckers, Lt. Hildernisse, idem Goddingh en T. a Cruce schepenen naar Lichtenborgh gegaan en hebben aldaar geïdentificeerd een verdronken lichaam aldaar in de schuur dood gebracht zijnde. Het blijkt een student te zijn bij de jezuïeten tot Maastricht genaamd Remigius LONEUX, oud omtrent 16 à 17 jaar. Men bevindt dat hij gevallen is ergens tussen Lichtenberg en Caster van de berg en onmiddellijk dood moet zijn geweest. De heer pastoor van Mesch, de oom van de overledene en andere vrienden verzoeken het dode lichaam in gewijde aarde te mogen bestellen, hetwelk wordt toegestaan. De kosten gemaakt door de visitatie worden betaald door de pastoor. Het gebeuren werd opgeschreven in het "Gedingh Boeck Der vrije Heerlich. Sinte Peter".
De pastoor van Mesch was Philippus de Loneux.

 

14 mei 1694: een zekere LUVI werd begraven op 14 mei 1694 te St. Pieter. Hij was verdronken in de Maas en afkomstig uit het Luikerland.
 

19 maart 1697: Henricus HOLTEE werd begraven op 19 maart 1697 te St. Pieter. Hij was verdronken in de Maas. Zijn ouders waren Joannes HOLTEE en Mechtildis FRANCET.

 

 

13 april 1703: Egidius QUELLINGH (QUELLEN) verdronk bij de brug van Maastricht, 16 jaar oud. Hij werd gedoopt op 25 december 1686 te St. Pieter als zoon van
Hubertus QUELLINGH en Maria KOENEN (COENEN). Zij huwden op 24 november 1680 te St. Pieter.

3 juli 1707: Joannes NULENS verdronk 3 juli 1707, 17 jaar oud zijnde in de Maas. Hij werd 5 juli 1707 begraven op het kerkhof van St. Martinus te Maastricht:

 

 

 

16 juni 1722: Nn WIERIX werd begraven te St. Pieter. Hij was de zoon van de schout van Wonck en was verdronken in de Jeker.

 

8 december 1726: Christiaen BELMANS uit Smeermaas wordt dood gevonden in de Jeker beneden de volmolen naar St. Peterspoort. Christiaan werd op verzoek van zijn vader begraven in de kerk der paters Minderbroeders.

 

 

Omtrent 23 maart 1729 wordt in de Maas op de plek genaamd het Paepewater het dode lichaam gevonden van Dirick Bruls. De drenkeling is omtrent 22 jaar oud en geboortig van Heerlerheijde.

1 juli 1729: Joannes DAGO verdronk in de Jeker. Hij werd begraven op het kerkhof van de St. Nicolaasparochie:

 

 

 

 

23 januari 1741: Lambertus POOLMANS - gehuwd met Anna COLLEIJ - werd begraven op 23 januari 1741 te Borgharen. Hij was verdronken in de Maas:

 

 

13 april 1742: Olivier CONOD en Caspard SIGRIST verdronken in de Maas te Maastricht. Beiden werden begraven op 13 april 1742 te Maastricht, St. Mathias Nederlands Hervormd. Zij waren soldaten in het Zwitsers Regiment Sturler.

 

 

12 april 1749: Beatrix SCHEFFELEERS werd begraven op het kerkhof van St. Pieter. Zij was 3 jaar oud en verdronk in de Jeker.
 

15 september 1750: op 14 september 1750 werd Anna Maria DEVENS, een meisje van ongeveer 10½ jaar oud, vermist. Zij bleek van de brug te zijn gevallen en terecht te zijn gekomen onder het rad van de Bisschopsmolen te Maastricht. Men vond haar hoofd verpletterd vanaf het ene oor tot aan het andere oor, evenals haar borst en haar boven- en onderbenen. Anna werd begraven op 15 september 1750 te St. Pieter. Zij was een dochter van Michael DEVENS en  Maria Agnes FRANSSEN. Michael DEVENS werd gedoopt op 7 september 1714 te Thorn. Hij huwde Maria Agnes FRANSSEN (FRANSEN) 6 april 1739 te Oud-Vroenhoven. Michael overleed 14 februari 1784, 69 jaar oud. Maria Agnes FRANSSEN werd geboren op 1 oktober 1712 te Oud-Vroenhoven. Zij werd gedoopt op 1 december 1712 te St. Pieter. Agnes overleed 6 december 1753, 41 jaar oud te Oud-Vroenhoven.

 

Begraafregister St. Pieter 1750.

De Bisschopsmolen te Maastricht. Foto: Breur Henket.

 

  

 

16 april 1763: onbekende drenkeling begraven te Borgharen op het kerkhof:

 

 

22 juni 1765: Peter DRIESSEN uit Blerick overlijdt na een val van zijn paard en werd begraven op het kerkhof van Borgharen. Een lijndrijver trekt met zijn paard en lijn een schip voort:

 

 

 

 

 

 

18 augustus 1766: Wilhelmus HELT overleed 18 augustus 1766, 17 jaar oud te St. Pieter en werd 18 augustus 1766 te St. Pieter begraven. Hij verdronk in het lacu busonium ook genaamd het verkens weertjen en werd direct begraven:
 

 

 

28 september 1767; Begraafboek St. Nicolaas Maastricht. Henricus NIJPELS gehuwd te Lanaken en varend in de regio Elsloo verdronk in de Maas. Hij werd begraven te Borschem.

 

11 augustus 1776: Lambertus JANSEN werd 15 augustus 1776 op het kerkhof van St. Matthias te Maastricht begraven. Hij was een ongehuwd en verdronk op zondag 11 augustus buiten de Boschpoort. Hij woonde in de Capucijnenstraat te Maastricht: 

 

 

29 augustus 1777: Petrus ROOBORG, jongman, begraven op het St. Matthiaskerkhof te Maastricht (gratis). Hij verdronk aan de Coolpoort (het Bat bij het O.L.Vrouweplein) te Maastricht. Pierre woonde in de Bockstraat (Boxstraat).

 

25 maart 1786: Anna Catharina SCHELLINX (SCHILLINX SCHELLINGS) verdronk 25 maart 1786 in de Maas. Catharina werd 27 maart 1786 begraven te St. Pieter. Zij was ongehuwd.

 

16 november 1787: Theodorus HAMELERS. Theodore was een zoon van Regnerus HAMELERS (HAMELEERS) en Ida NELISSEN. Hij werd gedoopt op 8 maart 1723 te St. Pieter. Theodore huwde Elisabeth HAMELERS, dochter van Matthias HAMELEERS (HAEMELAERS HAMELAERS HAMELERS) en Catharina PAULI) 16 april 1752 te St. Pieter. Theodorus overleed 64 jaar oud; hij verdronk in de Maas, bij de Blekerij te St. Pieter en werd begraven op 16 november 1787 te St. Pieter. Hij werd op 6 mei 1752 burger van Maastricht in het ambacht der kremers.

 

21 november 1799: Theodorus HENKET werd dood gevonden onder de bomen bij de Maas buiten de O.L.Vrouwpoort te Maastricht. Hij was verdronken en werd 57 jaar oud. Théodore werd geboren te Navagne en 11 oktober 1742 gedoopt in Lixhe als zoon van Joannes HENKET en Elisabetha DELNAIJE. Volgens de kerkregisters van Lanaye verdronken op 16 november 1799. Hij was visser van beroep, ongehuwd en woonachtig te Petit-Lanaye. Joannes HENKET (HENCKAIT) werd 2 maart 1713 gedoopt in Breust. Jean (Jan) huwde Elisabetha DELNAIJE 10 februari 1740 te Lanaye. Jean overleed 14 september 1769, 56 jaar oud te Lanaye. Elisabetha DELNAIJE overleed 24 september 1769, door schrik en verdriet van het overlijden van haar man (inquam terror et tristetia de morte ejus marti) te Lanaye.

 

 

18 december 1800: Georgius (Gilles) HENDERIX (HENDERIKS) verdronk 18 december 1800 aan de Maasbrug te Maastricht. Hij werd 18 december 1800 te St. Pieter begraven. Gilles werd omtrent 1770 geboren als zoon van Egidius HENDERIX. Egidius werd geboren omtrent 1745 te St. Pieter. Hij huwde Maria Elisabetha BOVENS (BOUVRIE) 4 februari 1766 te St. Pieter. Elisabeth werd gedoopt op 2 november 1730 te St. Pieter. Zij overleed 15 juni 1809, 78 jaar oud te St. Pieter en werd begraven op 5 juni 1809 te St. Pieter. Gilles "le jeune" huwde Maria Catharina BERGMANS 14 april 1793 te St. Pieter. Marie Catrien werd begraven op 18 november 1842 te St. Pieter. Zij was na het overlijden van Gilles hertrouwd met Arnoldus LEJAAK.

 

10 februari 1807: Anna NELISSEN. Zij verdronk op de Weert aan haar huis te St. Pieter en werd gevonden in Geulle onder Maastricht en te Geulle begraven op 24 maart 1807. Zij was 68 jaar oud. Anna werd gedoopt op 30 november 1738 te St. Pieter als dochter van Gerardus NELISSEN en Maria Anna PAULI. Zij huwde Hermannus GORREN, zoon van Antonius GORREN en Ida MIESEN (MIESSEN MEESEN MEISEN), 14 februari 1779 te St. Pieter. Herman GORREN werd gedoopt op 25 maart 1743 te St. Pieter. Hij werd begraven 51 jaar oud zijnde op 21 oktober 1794 te Maastricht. Hij werd vermoedelijk gedood tijdens het beleg van Maastricht door de Fransen.
 

3 maart 1819: Renerus HAMELEERS verdronk tegenover Caestert en werd gevonden op 6 april 1819 onder de Berg te St. Pieter. Hij was mest gaan halen in Eijsden en zijn pont was ondergegaan in de Maas. Het was zeer slecht weer. Renier werd bijgezet op 7 april 1819 te St. Pieter. Hij werd gedoopt op 10 september 1777 te St. Pieter. Hij woonde in het Wit Peerdsje langs de Maas en in 1819 ernaast in zijn vaders huis. Zij ouders waren Lambertus HAMELERS (HAMELEERS) bijgenaamd "lekmintungske" en Anna Maria ISERMANS (IJSERMANS). Lambert werd geboren op 25 augustus 1743 te St. Pieter. Lambert huwde Anna Maria ISERMANS (IJSERMANS) 13 februari 1774 te St. Pieter. Lambert overleed 30 oktober 1811, 68 jaar oud in het huis van zijn zoon Renier langs de Maas te St. Pieter en werd begraven op 2 november 1811 te St. Pieter. Renier huwde Maria Anna WIRIX (WIERIXS), dochter van Arnoldus WIRIX (WIERIX) en Maria Anna DUCHATEAU (DU CHATTEAU)) omtrent 1800. Marie Anne werd gedoopt op 9 mei 1764 te Bunde. Zij overleed 4 februari 1818, 53 jaar oud te St. Pieter en werd begraven op 6 februari 1818 te St. Pieter.

 

2 oktober 1821: Guillaume (Wilhelmus) FRISSEN. Willem overleed 2 oktober 1821, 47 jaar oud. Hij verdronk in de Maas en werd begraven op 4 oktober 1821 te St. Pieter. Willem werd gedoopt op 22 februari 1773 te St. Pieter. De doopgetuigen waren Maria STAPPERS, Wilhelmus FRISSEN en Maria Agnes EIJSSEN. Zijn ouders: Joannes FRISSEN geboren te Meerssen. Jean huwde Maria Anna DUCHATEAU (DU CHATTEAU) 16 september 1772 te Maastricht  parochie St. Nicolaas. Jean werd begraven op 30 oktober 1793 te St. Pieter in de kerk. Maria Anna DUCHATEAU (DU CHATTEAU) werd gedoopt op 10 november 1732 te St. Pieter. Zij overleed 12 april 1812, 80 jaar oud te St. Pieter en werd bijgezet op 14 april 1812 te St. Pieter. Het echtpaar woonde "Op Sint-Pietersberg" nummer 80 (Franse telling).

Dagboek Rosier: 1821. Den eersten October op Heugemer Kermismaandag is 's avonts naar Heugem gegaan Wilhelmus Frissen, oud 49 jaren, zoone van Joannes Frissen en Maria Anna Duchateau, hij was nog jonkman en 's avonts naar huis komende is met de pont willen over de Maas vaaren en hij is in de Maas verdronken, en Dynsdag den 2den October is hij gevonden achter de Maasbrug te Maastricht en is daar gevisiteerd en is den 3den October gebragt in een serk op de Blekerij bij Petrus Egidius Claessens en hij is in Sint Pieter begraven op de kerkhof den 4den October 1821. De pont lag hier in de Weert in den hoek gelijk men die plaats noemt, en zij hebben de pont gevonden den dag daarnaar op de Blekerij, zo moest hij zeker daaruyt gevallen zijn, maar hij was maar alleen als hij met de pont overkwam en thien jonkmans hebben hem gedragen en die hebben vereert in de kerk een glaasen kroon van 75 frangs, de jonkmans zijn geweest deze navolgende: te weten, Nicolaus Claessens, Wilhelmus Blankers, Henricus Hinken, Wilhelmus Schrijnemaekers, Gerardus Ysermans, Leonardus Moermans, Joannes Ysermans, schipper, Arnoldus Ysermans, Matthijs van Lijf en Joannes Hendrix, en wij hebben hem met het kruys gehaalt op de Blekerij den 4 October, Donderdags, hij was geboortig uyt Sint Pieter. Men zegt dat hij is overgevaaren met een boonstek in de plaats van een vurk, want hij had zijn vurk 's avonts naar Heugem gaande, verstoken, en die had hij niet meer konnen vinden en is toen met eenen boonstek willen overvaaren, want men heeft zijn vurk gevonden den dag daarnaar waar de pont gelegen had aan de Weert en het was ook dien avont zulk ontstuimig weer dat de boomen uyt de grond waeyden en zo duyster als het oyt geweest is, ik heb dit hier tot gedachtenis geschreven van aan dit ongeluk te denken, die dit zullen lezen. Joannes Rosier.
 

1822. Verkoop van de landerijen van Willem en Lambertus Frissen den 5 Februarius. Willem Frissen was verdronken in de Maas. Martinus Claessens heeft gekogt uyt den rooden haan 2 groote, 10 kleen roede oude maat, yder roede 3 honderd gulden Luyks geld. Lambeer Geelen heeft gekogt op de Weert een groote roede oude maat, 200 en 65 gulden Luyks geld. Arnoldus Ysermans heeft gekogt op de Weert 2 groote roede oude maat, yder roede 300 en 50 gulden Luyks geld. Het huis van Lambeer Frissen en 30 kleen roede land is verkogt voor duysent gulden Luyks geld, Lambeer Frissen heeft dit gekogt.
Lambertus Duchateau van Lichtenberg heeft gekogt 9 graote roeden aan Zonnenberg, oude maat, yder roede 93 Nederlanders. Gilis Claessens heeft gekogt aan Zonnenberg 10 groote en 3 kwaart roede oude maat, yder roede 100 en 3 Nederlanders. Gilis Claessens heeft ook gekogt 11 kleen roede oude maat gelegen achter de Blekerij, genaamt het Pastoorshofke voor 60 Nederlanders.


4 augustus 1823: Lambertus Hubertus GEELEN. Lambert Hubert was een zoon van Lambertus GEELEN (GELEN) geboren en gedoopt te Canne op 26 september 1788. Hij huwde (1) Joanna Gertrudis COLLEIJ op 10 juni 1819 te St. Pieter. Lambert huwde (2) Maria Helena GOESSENS (GOESSEN) 5 september 1823 (7 september kerkelijk huwelijk te St. Pieter) te St. Pieter. Lambert overleed 1 mei 1863, 74 jaar oud en werd begraven op 4 mei 1863 te St. Pieter. Zijn eerste vrouw Joanna COLLEIJ, dochter van Joannes COLLEIJ en Joanna Maria CLAESSENS (CLAESSEN), werd gedoopt op 7 februari 1792 te St. Pieter en overleed 19 oktober 1821 om negen uur 's avonds, 29 jaar oud Langs de Maas No. 56 te St. Pieter.
Lambert Hubert werd geboren en gedoopt op 13 oktober 1821 te St. Pieter. Hij overleed 4 augustus 1823 om 10.00 uur 's avonds, 22 maanden en 12 dagen oud in het ouderlijk huis Onder den Berg 56 te St. Pieter en werd begraven op 5 augustus 1823 te St. Pieter. Het dagboek van koster Rosier vermeldt dat hij bij zijn huis in de mestkuil gevallen is en daarin verdronken. Dit blijkt niet uit de "Akte van Sterfte". De aangevers van het overlijden, Ludovicus en Martinus CLAESSENS, zijn buren van de vader en beiden herbergier te St. Pieter.

 

 

 

28 februari 1828. Burgerlijke Stand gemeente Maastricht, extract uit de archieven van de Burgerlijke Stand van de gemeente Stein. 20 februari 1828 begeven de burgemeester van Stein vergezeld door doctoor in de genees- en heelkunde Jehan TANS, wonende te Maastricht zich naar de Maas bij Meers om een drenkeling te schouwen liggend aan de oever van de Maas. De drenkeling is van het mannelijk geslacht, lengte een elle vijf palmen en negen duimen, bruin hoofdhaar, grijze bakkebaarden gemengd met bruin, zwarte kousen zonder voeten. De andere kleren zouden zijn meegenomen door de Vrederechter van het kanton Meerssen. Deze had het lijk als eerder die dag gezien. De bode dient deze kledingstukken terug te bezorgen i.v.m. mogelijke identificatie. De geneesheer treft geen letsel of tekens van geweld aan op de oppervlakte van het lichaam. Het aangezicht is blauwachtig gezwollen, de tong tussen de tanden gekneld, de ribben opgezet. De zijdelingse delen van de bovenbuik zijn opgeblazen, de vingers tezamen getrokken en enige drekstoffen zitten tussen de nagels zelf. Bij drukking op de borst een weinig schuimend waterachtig bloed vloeiende door neus en mond. Conclusie de man is door stikking ten gevolge van verdrinking om het leven gekomen welke schijnt door zelfmoord of bij toeval gebeurd te zijn. Waarschijnlijk heeft men een vermoeden wie die drenkeling is.
Enige opgeroepen getuigen herkennen de man aan zijn uiterlijk en kleren. De getuigen zijn Peter THOMMA, deurwaarder bij de directe belastingen en dus een collega van de overledene en Johannes Leonardus LINDAUER, meester koperslager, schoonzoon van de overledene, beiden wonende te Maastricht. De overledene wordt geïdentificeerd als Jan LUXEMBOURG.
Jean Guillaume LUXEMBOURG werd 13 april 1775 geboren te Boulay (Duitsland) als zoon van André LUXEMBOURG en Elisabeth HART. Jean huwde Joanna (Jeanne) ROYEN, dochter van Jean Guillaume ROYEN en Marie LAHAY, 31 mei 1802 te Maastricht. Jean overleed omtrent 20 februari 1828, 52 jaar oud. Als lijk gevonden in de Maas bij Meers. In leven was hij gedelegeerde klerk van de heer PISCHOT ontvanger der directe belastingen te Maastricht.

 

Bij de Franse telling van 1802 woonde Jan op de Houtmaas te Maastricht:
Bewoners:
Luxemburg J.G., 27 jaar, zonder beroep, sinds 1801 (1 jaar) in Maastricht.
Roijen J., 20 jaar, echtgenote, geboren in Maastricht.

 

Een gedeelte van het proces-verbaal:

 



25 augustus 1828: aangifte van het overlijden van Johannes Romanus COUSSEMENT. Nicolaas RANDOUX, in garnizoen te Maastricht, wachtmeester bij het Regiment ligte Dragonder No 5, oud 34 jaren, bekende van de overledene en Simon Renners DE JONGH, in garnizoen te Maastricht, foerier bij voormeld Regiment, oud 42 jaren, bekende van de overledene, verklaren dat op eergisteren omstreeks zes ure 's ochtends in de kom van de Zuid Willemsvaart alhier opgevist is geworden het verdronken lichaam van Johannes Romanus COUSSEMENT, Brigadier bij de 3de kompagnie, gedetacheerd bij de 5de kompagnie, van meergemeld Regiment, oud 28 jaren, geboren te Heule, provincie west Vlaanderen alhier gedetacheerd, laatst gewoond hebbende te Gulleghem, zoon van Johannes Romanus COUSSEMENT en Anna Rosalia VAN DE MOORTELE.

 

16 mei 1831. Gemeentepolitie Maastricht Rapport. Zekere Maria Josephina Florkin geboren te Hexhe, Provincie Limburg, is heden om half twee uren in de Zuid-Willems Vaart aan den teen der Glacies buiten de Boschpoort in het water dood bevonden /: verdronken :/ hebbende bij haar een beden Boek met eene Certificaat afgegeven den 8 Maart 1831, door den Burgemeester van Moumalle, Provincie Luik.

Maria Josephina werd 27 jaar oud en was een dochter van Willem Joseph FLORKIN en Maria Catharina JANET.

 

21 mei 1831. Gemeentepolitie Maastricht Rapport. S'avonds om 10 uren is een Hoornblazer der 14 Afd. in het Bassin verdronken bevonden met naam Rapp Georg. Georg werd geboren te Durcheim (Duitsland) als zoon van Federick RAPP en Magdalena WEUELENNEER (?). Georg overleed 21 mei 1831, 30 jaar oud te Maastricht. Hij was ongehuwd en hoornblazer bij de eerste Kompagnie tweede Bataillon der veertiende afdeeling infanterie.
 

25 mei 1831. Gemeentepolitie Maastricht Rapport. S'namiddags omtrent 4 uren is zekere Louis Mativa oud 15 jaar in het Bassin verdronken bevonden.

Louis Joseph MATIVA, zoon van Louis Nicolas Joseph MATIVA en Maria Hendrina VALCKENBROECK - een schippersechtpaar, werd 12 mei 1816 geboren te Blerick. Louis overleed 25 mei 1831, 15 jaar oud te Maastricht. Hij was schippersknecht.

 

11 juli 1831 werd te Lanaye in de Maas het lijk van een onbekende gevonden. De drenkeling werd omtrent 13 jaar oud geschat. De aangifte werd gedaan door Gilles DURIA, schepen van Lanaye, Louis AINER, veldwachter te Lanaye en ROOSEN, arts te Eijsden.

 

15 juli 1831: Christianus Hubertus HAMELEERS.
De ouders van Chrétien HAMELEERS waren:
Christianus HAMELEERS (HAMELERS HAMELARS) bijgenaamd de Swarte Jeune. Christiaan werd gedoopt op 25 december 1751 te St. Pieter. Hij huwde (1)Maria  Elisabeth DUBAER 17 november 1776 te St. Pieter. Christiaan huwde (2) Maria Catharina GEELEN (GELEN) 4 oktober 1811 (6 oktober 1811 kerkelijk huwelijk te St. Pieter) te St. Pieter. Christiaan overleed 9 maart 1828, 76 jaar oud te St. Pieter en werd begraven op 10 maart 1828 te St. Pieter. Koster Rosier vermeldt in zijn dagboek dat Christianus is begraven op het kerkhof van de armen te St. Pieter en woonde aan het kapelletje van St. Lambertus. Zijn eerste vrouw werd begraven op 15 op mei 1809 te St. Pieter. Met zijn tweede vrouw had hij vier kinderen, waarvan een gestorven. Hij is gehaald met het zilveren kruis en er waren 70 lijklui bij zijn begrafenis.
Maria Catharina GEELEN (GELEN) werd gedoopt op 5 mei 1780 te Simpelveld.  Zij overleed 2 september 1857, 77 jaar oud te Maastricht en werd begraven op 5 september 1857 te St. Pieter.
Chrétien werd geboren en gedoopt op 23 mei 1817 te St. Pieter. Hij overleed 15 juli 1831, 14 jaar oud. Hij verdronk op den Deken te St. Pieter. Chrétien werd begraven op 17 juli 1831 te St. Pieter.
Rosier: Christianus is verdronken op den Deken achter het huis van Henricus Hameleers in de Kompen, die vol water stonden. Hij ging met zijn kooi (koe) langs de straten en was zich gaan baden en is toen verdronken. De navolgende jonkmans hebben hem ten grave gedragen: Joannes Theunissen, Joannes Kruijen, Joannes Miessen, Nicolaus Brouns, Henricus Winants, Joannes van Gangeld, Franciscus Feijt, Hubertus Jongen, Simonis Feijt, Matthijs Janssen, Josephus Beckers en Joannes Scheffeleers. Zij hebben aan de kerk vereert voor 5 zwarte korokken, 3 voor de koralen en 2 voor pastoor Joannes Theunissen.

 

19 juli 1831 Gemeentepolitie Maastricht Rapport. "Heden Morgen om negen uren is eenen onbekenden persoon in de Maas aan het bat gevonden geworden".

 

Den Vaderlander van 21 juny 1832: Terwyl te Lixhe (provincie Luyk) de douaniers bezig waren een schip te doorzoeken, is de vrouw en vier mannen in het water gevallen. Den eygenaer van het schip is verdronken; de overige personen zyn gered.

 

6 februari 1839: Jacob BERTRAND werd geboren te Lanaye omtrent 1787. Jacob overleed 6 februari 1839, 52 jaar oud. Hij verdronk te St. Pieter in de rivier de Maas tegenover de stenen dijk. Hij was een zoon van Maria BERTRAND en een onbekende vader. Jacob was gehuwd met Maria FONKERS. Dagboek Rosier: 1839. Den 6 Februarius 's Woensdags is in Sint Pieter eenen man en een paard verdronken aan den diek op de Blekerij van Klijn Tharneyen, Jaaksje hiet hij.

 

20 december 1839: Anna PECKLERS. Zij was 23 november 1839 verdwenen uit haar woonplaats Luik. Haar ouders waren Mathias PECKLERS en Anna QUETTEN. Anna werd geboren op 29 september 1807 te Luik. Zij was gehuwd met Servaes Noel Joseph BOLSÉ. Koster Joannes Rosier noteerde: "20 Dec.1839 tusschen 2 en 3 uren een dood lighaem van het vrouwelijk geslacht is komen de Maas afdrijven" van Anna PECKLERS, geboren te Luik op 29 september 1807, dochter van Mathias "geweremaecker" en Anna QUETTEN, huisvrouw van Servaes Noel Joseph BOLSÉ. Anna was onnozel.

Anna werd begraven op 6 januari 1840 te St. Pieter. Zij werd 32 jaar oud.

 

Het grafkruis van Anna Pecklers aanwezig op het kerkhof van St. Pieter.

Opschrift: ICI / REPOSE / A. PECKLERS ÉPOUSE S. BOLSÉE / DÉCÉDÉE LE 23 NOVEMBRE / 1839

Foto: Breur Henket.

 
23 april 1845: Nn NN. Dagboek Rosier: het was een knecht van Willem SCHRIJNEMAKERS de Blekerij. Hij verdronk toen het schip omsloeg en is van de paarden gevallen in het water. Hij is gevonden in Itteren op 23 april en werd begraven 26 april op 1845 te Herstel. Hij was geboortig van Uijkhoven.

Joannes Josephus NOTERMANS overleed 14 oktober 1848, 48 jaar oud. Hij verdronk in de Maas te St. Pieter. Joannes werd geboren en gedoopt op 21 december 1799 te Limbricht. De doopgetuigen waren Anna Lucia KUSTERS, Joannes Josephus NOTERMANS en Maria Cornelia TESCHERS. Zijn ouders waren Peter Arnoldus NOTERMANS en Anna Gertrudis TESSCHERS (TISSCHERS, TESSERS, TESSENERS, TOSCHERS, TESSCHENS, FISCHERS). Hij huwde Anna Elisabeth STARMANS, dochter van Wilhelmus STARMANS en Anna Elisabeth PASMANS, 30 april 1840 te Maastricht. Anna Elisabeth werd geboren op 6 april 1806 te Berg en Terblijt. Zij overleed 2 juli 1865, 59 jaar oud te Maastricht.

 

15 december 1851: Catharina Elisabeth VAN HURCK werd geboren op 30 maart 1792 te Goes. Catharina overleed 15 december 1851, 59 jaar oud te Maastricht, vermoedelijk door een ongeluk verdronken in de nabijheid van de nieuwe sluis bij de Kom der Zuid Willemsvaart te Maastricht. Zij was koffie gaan brengen naar haar zoon Gerard HUPKENS, die op wacht stond als militair bij de hoofdsluis. Catharina was een dochter van Reinier VAN HURCK en Elisabeth CLAESSENS. Dit echtpaar is afwezig sedert 1793; hun verblijfplaats is onbekend. Zij huwde Willem HUPKENS, zoon van Gerardus HUPKENS en Maria Elisabetha JANSSEN 18 juli 1824 te Maastricht. Willem werd geboren op 18 februari 1795 te Maastricht. Hij overleed 14 november 1862, 67 jaar oud te Maastricht. Hij was werkman van beroep. Catharina was woonachtig in 1851 op de Houtmaas 3037 te Maastricht. Zij was dagloonster van beroep.

Van de vondst van haar stoffelijk overschot werd proces-verbaal opgemaakt:

 

Klik op de miniaturen om de afbeelding te vergroten.


 

12 december 1854: onbekend lijk gevonden op 11 december 1854. In het jaar achttien honderd vier en vijftig den twaalfden December zijn voor ons Ambtenaar van den burgerlijken stand der gemeente sint Pieter, Hertogdom Limburg verschenen Moermans Leonardus van beroep landbouwer wonende te sint Pieter in de Kluis oud zestig jaren en Rosier Gillis van beroep veldwachter wonende te sint Pieter oud zeven en dertig jaren dewelke ons verklaard hebben dat gisteren door hen om twaalf uren ‘s middags in de Kanaal bevonden is geworden een onbekend dood lichaam van het mannelijk geslagt aan de brug tegenover slavante zijnde sulks wijders bewezen bij procesverbaal van bevinding door den Edelachtbaren heer regter commissaris te Maastricht bij de arrondissements regtbank en hebben de comparanten deze akte met ons na voorlesing geteekend; aangifte op 12 december 1854.

 

Martin CLAESSENS verdronk 6 augustus 1861, 6 jaar en 10 maanden oud te St. Pieter. Martinus Petrus Hubertus CLAESSENS werd geboren op 13 oktober 1854 te St. Pieter als zoon van Gaspard CLAESSENS en Joanna Ursula VANGANGELT. Caspar werd geboren en gedoopt op 7 februari 1813 te St. Pieter. Hij huwde Joanna Ursula VANGANGELT (VAN GANGEL) 27 februari 1840 te St. Pieter. Caspar overleed 25 november 1879, 66 jaar oud te St. Pieter en  werd begraven op 28 november 1879 te St. Pieter. Joanna Ursula VANGANGELT (VAN GANGEL) werd geboren op 17 mei 1813 te St. Pieter. Ursula overleed 7 maart 1907 ruim 93 jaar oud In de Kluis des namiddags ten half twaalf ure te St. Pieter. Ursula werd bijgezet op 10 maart 1907 te St. Pieter.

 

In de Provinciale Verslagen 1864 pagina 342. Hoofdstuk IX. Openbare Veiligheid en gevangeniswezen worden enkele personen genoemd wegens het redden van drenkelingen:

  • Te Elsloo werd een drenkeling gered door de lijndrijver A. BARTELS.

  • Te St.-Pieter hebben zich G. ROIJMANS en J. HAMELEERS door een gelijke daad van menslievendheid onderscheiden. De eerste ontrukte drie drenkelingen aan een anders wisse dood; de tweede redde een persoon uit de Maas.

  • L. SMEETS, mandenmaker en visser, te Itteren, voor het meermalen redden van drenkelingen, laatstelijk 6 november 1863. Hij ontving de bronzen medaille en een loffelijk getuigschrift van de Koning.

  • H. MULDER te Maastricht, kreeg van de koning geschonken de zilveren medaille en een loffelijk getuigschrift "wegens het met levensgevaar redden van een meisje uit het kanaal van Luik naar Maastricht op 24 julij 1864." 3 juli 1886 redde eveneens een H. Mulder een kind dat tussen de hoge kaaimuren van het Kanaal van Luik naar Maastricht te water was geraakt. Voor deze redding ontving hij de bronzen medaille en een loffelijk getuigschrift van de Koning.

  • B.J. Dodeur * ontving de bronzen medaille en een loffelijk getuigschrift van de Koning wegens het met levensgevaar aangewende pogingen tot het redden van een op 10 september 1864 in de Maas gevallen kind.

* Bartholomeus Joseph DODEUR werd 20 november 1821 geboren te Grave als zoon van Petrus Josephus DODEUR en Margaretha THUNUS. Hij huwde (1) Maria Theresia SCHEPERS, dochter van Lambertus SCHEPERS en Johanna HARWIG,  8 juli 1850 te Venlo. Hij huwde (2) Francisca Hubertina ANDREA, dochter van Lambertus ANDREA en Anna Maria HERMANS, 30 september 1874 te Maastricht. Bartholomeus overleed te Maastricht op 9 augustus 1894, 70 jaar en 8 maanden oud, Achter de Molens nummer 7. 1 mei 1864 uit Veere naar Achter de Molens 7. 1864 hoornblazer van het 2e regiment infanterie te Maastricht. 1874 gepensioneerd korporaal Achter de Molens nummer 7 te Maastricht. Bij overlijden boodschaploper.

 

26 januari 1865: Jean François HENQUET werd uit de Maas opgehaald om 5 uur in de namiddag te Wessem. François werd geboren op 1 mei 1840 te Lanaye (België). Hij werd 24 jaar oud. Hij was ongehuwd en haleur des bateaux (bootjager) van beroep. Woonachtig te Lanaye. De aangifte van zijn overlijden werd gedaan door Arnold JANSSEN, batelier (schipper) woonachtig te Ool en Henri HELKENS, constructeur des battes (spanen), beiden bekenden van de overledene.
Ziijn ouders waren: Gerardus HENQUET geboren op 28 juli 1805 te Lanaye. Gerard (Gradus) huwde Maria Joanna DOLHAIN 18 september 1835 te Lanaye. Gerard overleed 10 april 1883, 79 jaar oud te Lanaye. Hij was landbouwer van beroep. Jeanne werd geboren op 29 april 1804 te Lanaye. Zij overleed 9 september 1871, 67 jaar oud te Lanaye.
 

 

Venloosch Weekblad van 15 februari 1865.

Venloosch Weekblad van 15 april 1865.

Kopie van de overlijdensaangifte van 27 september 1865 te Wessem.



Maria Mechtildis Catharina BOURS: 1865 den 16 November is begraven te St. Pieter het kind van P. Boers en van Helena Henderix, oud tien jaaren, verdonken in de Knaal. In het jaar achttien honderd vijf en zestig, den zeventienden November, zijn voor ons Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der gemeente Sint Pieter, Hertogdom Limburg, verschenen Bours, Pieter, van beroep metselaar, wonende te Sint Pieter, oud zeven en veertig jaren, die zich heeft opgegeven te zijn vader van den overledene en Henderix, Gillis, van beroep landbouwer, wonende te Sint Pieter, oud zestig jaren, die zich heeft opgegeven te zijn vreemd van de overledene; dewelke ons hebben verklaard, dat Bours, Maria Mechtildis Catharina, dochter van Bours, Pieter (metselaar) en van Hendrix, Maria Helena Hubertina, oud ruim negen jaren, geboren te St. Pieter, langs het kanaal, overleden den veertienden September achttien honderd vijf en zestig te St. Pieter des namiddags om twee ure; aangifte op 17 september 1865.

 

De ouders van Maria Mechtildis Catharina BOURS waren Petrus BOURS en Maria Helena Hubertina HENDERIX. Petrus werd geboren op 22 maart 1819 te Oost. Pierre (Pieter) huwde (1) Joanna BRONCKERS 7 oktober 1847 te Gronsveld. Pierre huwde (2) Maria Helena Hubertina HENDERIX 3 september 1853 te St. Pieter. Pierre overleed 27 maart 1870 te St. Pieter en werd begraven -  "van den Armen" (Rosier) - op 28 maart 1870 te St. Pieter. Maria Helena Hubertina HENDERIX werd geboren op 21 januari 1817 te St. Pieter. Helena overleed 16 april 1876, 59 jaar oud te St. Pieter.

 

 

Maria Mechtildis Catharina BOURS werd geboren op 23 september 1856 te St. Pieter. Zij overleed 14 november 1865, 10 jaar oud en werd begraven op 16 november 1865 te St. Pieter.

 

Wilhelmus Arnoldus Hubertus HAMELEERS overleed te St. Pieter op 6 september 1870, 46 jaar oud "verdronken met de kermis en op dinsdag te 2 uuren gevonden in het knaal."

Wilhelmus werd 4 mei 1824 geboren te St. Pieter en 5 mei 1824 gedoopt in St. Pieter. Landbouwer van beroep. Ongehuwd. Hij werd 8 september 1870 begraven te St. Pieter. Ouders:

Wilhelmus HAMELE(E)RS 20 oktober 1783 gedoopt in St. Pieter. Guillaume (Willem) en Maria Christina ROSIER zijn 7 oktober 1818 getrouwd te St. Pieter. Guillaume (Willem) overleed te St. Pieter op 25 februari 1871, 87 jaar oud en werd  28 februari 1871 bijgezet te St. Pieter.
Maria Christina ROSIER 18 juli 1786 geboren en gedoopt te St. Pieter. Christina overleed te St. Pieter op 7 juli 1869, ruim 82 jaar oud langs het kanaal en werd 9 juli 1869 begraven te St. Pieter.

 


Het Vaderland van 1 oktober 1870: "Een man te Maastricht zou een drenkeling helpen kisten, waarbij hij zichzelven bedronk, en huiswaarts keerende zelf drenkeling werd en verdronk."

 

Joannes SOETERS overleed 6 november 1870, 66 jaar oud. Hij werd "opgevischt" in de Zwanengracht buiten Onze Lieve Vrouwepoort te Maastricht. Joannes was de zoon van Adrianus SOETERS en Maria Christina Martina VAN ILSE. Joannes werd 28 oktober 1804 geboren te Maastricht. Hij huwde Anna Louisa Cecilia GERRITSEN, dochter van Pieter Karel GERRITSEN en Anna Helena JACOBS, 29 mei 1828 te Maastricht. Joannes was schoenmakersgezel van beroep. De aangifte Burgerlijke Stand te Maastricht op 7 november 1870 werd gedaan door Hendrik WIJNANTS, landbouwer, 60 jaar oud, bekende van de overledene, wonende te St. Pieter en Leonard VAN DEIJCK, hoofdagent van politie, 48 jaar oud, de overledene gezien te hebben, wonende te Maastricht.

 

 

27 november 1870 werd te St. Pieter een man begraven "opgevischt" in de Maas. De drenkeling was Jan Louis Victor DELHAUSSE. Hij werd 17 februari 1819 geboren te Verviers. Jan overleed te St. Pieter op 26 november 1870, 51 jaar oud en werd 27 november 1870 begraven te St. Pieter. 1870 glazenmaker. Laatstelijk gewoond hebbende te Luijk.

 

13 februari 1871: Wilhelmus Hubertus ROIJMANS. Den 20 december is vermist Willem Roymans "toen heeft het gevroren" (Dagboek Rosier). Hij werd aangetroffen op 13 februari 1871 om acht uur 's morgens op de oever van de Maas genaamd aan den Koek door Renier KITZEN, 29 jaar oud, schipper van beroep wonende te Grevenbicht en Henri KITZEN, 27 jaar oud, schipper, woonachtig te Grevenbicht. De aangifte werd gedaan in de gemeente Mechelen (Limburg.
 

Uit het begrafenisregister van St. Pieter:


De ouders van Wilhelmus Hubertus ROIJMANS waren:
Wilhelmus ROIJMANS (ROYMANS ROOYMANS) gedoopt 13 oktober 1792 te Maastricht, parochie St. Nicolaas. Willem huwde Maria Ida CLAESSENS 1 juni 1826 (6 juni 1826 kerkelijk huwelijk) te St. Pieter. Willem overleed 20 december 1868 St. Pieterstraat, 76 jaar oud te Maastricht. Willem werd bijgezet op 22 december 1868 te St. Pieter. Hij was burgemeester van Sint Pieter en herbergier. Schout en ambtenaar van de Burgerlijke Stand van de Gemeente Sint Pieter. Opvolger eigenaar van "De Torentjes". 1827/1829: woonachtig op het Thorentje aan de kerk. 1864: rentenier.
Maria Ida CLAESSENS geboren op 5 mei 1800 (15 Floréal an VIII) te St. Pieter. Maria overleed 23 januari 1867 op De Torentjes om 08.00 uur, 66 jaar oud te St. Pieter. Zij werd begraven op 25 januari 1867 te St. Pieter.
Wilhelmus werd geboren op 15 april 1836 te St. Pieter. Hij werd gedoopt op 15 april 1836 te St. Pieter door de pastoor van Ekkelder (Eckelrade). De doopgetuigen waren Petrus Egidius CLAESSENS, Maria Helena VAESSEN en Joannes ROSIER, koster. Willem Hubert werd 34 jaar oud.

 

Maria Hubertina STARREN overleed te St. Pieter op 10 september 1871, verdronken "in het Knaal gevallen" (koster Rosier) 29 jaar oud. Woonde langs het kanaal. Zij werd begraven te Heugem. Zij was dienstmeid en ongehuwd.
De ouders van Maria Hubertina STARREN waren:
Lambertus STARREN 15 maart 1810 geboren te Gronsveld. Lambert en Anna BECKERS zijn 22 juli 1836 getrouwd te Gronsveld. Hij overleed te Gronsveld (Heugem) op 29 maart 1877, 67 jaar oud.
Anna BECKERS werd 26 maart 1813 geboren te Heugem-Gronsveld (NL). Anna overleed te Gronsveld (Heugem) op 25 februari 1854, 40 jaar oud.

Maria werd 15 april 1842 geboren te Gronsveld. Zij overleed te St. Pieter op 10 september 1871, verdronken in de Knaal gevallen (Rosier) 29 jaar oud. Woonde langs het kanaal. Maria werd 10 september 1871 of 11 september 1871 begraven te Heugem  Zij was dienstmeid. Ongehuwd.

 

Venloosch weekblad van 26 augustus 1871: "Maandag is te Maastricht buiten de Boschpoort een tienjarige jongeling uit een bootje in het kanaal gevallen en verdronken."

 

"De wed. Wilders-Willems, landbouwster te Maastricht, keerde Dinsdag van de stad per rijtuig huiswaarts. De leider, haar zoon, liet op den weg even stilhouden, terwijl het paard door de vliegen te zeer geplaagd niet kon stil staan, eensklaps met het karretje den dijk afkantelde en in het kanaal terecht kwam. Gelukkig is de zich daarin bevindende vrouw met den schrik vrij gekomen."

Margaretha Hubertina  WILLEMS werd 11 maart 1832 geboren te Maastricht. Margaretha en Arnoldus Hubertus WILDERS 1 juni 1853 getrouwd te Maastricht. Margaretha overleed te Maastricht op 6 april 1890, 57 jaar oud. Margaretha huwde Leonardus SMEETS 26 september 1871 te Maastricht. Arnoldus Hubertus WILDERS werd 9 april 1827 geboren te Oud-Vroenhoven. Arnoldus overleed te Maastricht op 24 mei 1864, 37 jaar oud. Hij was akkerbouwer van beroep.
 

Twentsche courant van 18 oktober 1871:

 

"Te Maastricht heeft een droevig ongeluk plaats gehad. Men zal zich herinneren dat eenigen tijd geleden een kind onder het spelen van blindemannetje in het kanaal gevallen en jammerlijk verdronken is. Sedert dien tijd hadden de geestvermogens der moeder, zijnde de weduwe Leblanc, onder den invloed der droefheid, welke haar dit ongeluk veroorzaakte, aanmerkelijk geleden. In den voorlaatsten nacht stond zij op en verliet ongemerkt hare woning. Den volgenden ochtend vond men haar lijk in het kanaal, ter zelfder plaatse waar het zoo zeer door haar betreurde kind was verongelukt."

De weduwe was Maria Joanna SERVAES. Zij werd 6 januari 1819 geboren te Maastricht. Zij huwde (1) Johan Nicolaas ANDEL 18 juni 1846 te Maastricht. Johan overleed te Maastricht op 26 september 1846, 38 jaar oud. Zij huwde (2) de weduwnaar Jean François LEBLANC 3 februari 1853 te Maastricht. Jean werd 2 februari 1801 geboren te Baelen (België). Jean overleed te Maastricht op 23 augustus 1862, 61 jaar oud. Hij was steenhouwersknecht van beroep.

Dochter Gertrudis Hubertina LEBLANC werd 21 augustus 1862 geboren te Maastricht. Zij overleed te Maastricht op 28 juli 1871, bijna 9 jaar oud.
 

9 juli 1872 doen Gillis Rosier, koster van St. Pieter, 57 jaar oud, wonende te St. Pieter en Albertus van Maanen, veldwachter, 43 jaar oud, wonende te Maastricht aangifte bij de ambtenaar van de Burgerlijke Stand van de Gemeente Sint Pieter Petrus Hubertus Ceulen, dat zij op de achttienden junij laatstleden 's morgens ten negen ure, in de rivier de Maas te Sint Pieter overleden is bevonden een persoon van het mannelijk geslacht die hun geheel onbekend is, en waarover zij geene andere bezondere dingen kunnen geven dan de bovenstaande."

 

Venloosch weekblad van 13 juli 1872: "Donderdag avond is de milicien Verberne, van het 3. bat. 2 reg. infanterie, te Maastricht in de Maas met baden verdronken. Zekere Hardenberg, die zich ter redding te water had begeven, heeft niet het genoegen mogen hebben den drenkeling levend op wal te brengen."

 

Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 30 juli 1872: "In St. Pieter, nabij Maastricht, is uit de Maas een 9 jarige drenkeling opgehaald, vermoedelijk onder het zwemmen verongelukt".

 

13 augustus 1872: Joannes Hubertus MOERS. Hij werd begraven op 14 augustus 1872 te St. Pieter. Hij verdronk in het kanaal 13 augustus 1872 ten half zes ure 's avonds aan de brug van Schuttelaer; "opgevischt ten Noorden van de brug over het zijkanaal bij de Contra gardes van het werk Weilburg binnen den kom dezer gemeente".

 

 

 

De oorspronkelijke loop van het kanaal van Luik naar Maastricht van 1850 tot 1881 tussen de vestingwerken werd in 1881 gecorrigeerd. Op bijgaande fragmenten van bestektekeningen betreffende de verlegging  van het Kanaal Luik naar Maastricht dd. 7 maart 1871 nr. 3214 en van 23 juni 1871 nr. 3399, afkomstig uit de Archieven van de Rijkswaterstaat, is de ligging van de scheepswerven en percelen duidelijk te zien als ook een gedeelte van de geplande rechttrekking door de nog aanwezige vestingwerken waaronder kroonwerk Hessen. Bron en foto's: RHCL Maastricht, inventaris Rijkswaterstaat te Maastricht 07.H05/2; collectie Dhr. Rob Kamps (†).

 

De aangevers van zijn overlijden op 14 augustus 1872 te Maastricht waren: Laurens SCHREIBER, meubelwerker, 58 jaar oud, zwager van de overledene en Franciscus LEMKENS, landbouwer, 24 jaar oud, nabuur van de overledene. Beiden woonachtig te St. Pieter.
De ouders van Joannes Hubertus MOERS waren:
Wilhelmus (Guillaume) MOERS geboren op 19 augustus 1803 (1 Fructidor An XI) te St. Pieter. Hij huwde Maria Elisabeth GELISSEN, weduwe van Wilhelmus HAMELERS, 7 april 1825 (12 april 1825 kerkelijk huwelijk) te St. Pieter. Willem overleed 17 december 1863, 60 jaar oud te St. Pieter. Hij werd begraven op 19 december 1863 te St. Pieter.
Maria Elisabeth GELISSEN  werd gedoopt op 7 februari 1796 te Maastricht parochie St. Nicolaas. Zij overleed 7 mei 1878, 82 jaar oud te St. Pieter. Elisabeth werd bijgezet op 9 mei 1878 te St. Pieter.
Joannes werd geboren op 1 november 1830 te St. Pieter. Hij was ongehuwd en werd 41 jaar en negen maanden oud. Hij was landbouwer van beroep en woonde op de Blekerij.

Joannes Bernardus SCHUTTELAER (SCHUTTELAAR) was brugwachter, voorheen: gepensioneerd marechaussee. Hij vestigde zich op 26 mei 1862 in de Sporenstraat no. 2845 in Maastricht, komend vanuit Thorn; verhuisde naar St. Pieter op 12 juni 1867. Terug in Maastricht op 28 oktober 1879; brugwachter, wonende Brugstraat 1047 te Maastricht.

 

De aangifte van overlijden te Maastricht op 14 augustus 1872.

22 oktober 1872: Egidius DEBIE verdronk in het Kanaal te St. Pieter. Hij werd 80 jaar oud. Gillis werd gedoopt op 10 september 1792 te Gulpen als zoon van Maria Barbara DEBIE. Hij huwde Maria Catharina PREVOO (PREVEAUX), dochter van Daniël PREVAUX en Anna Elisabeth HERTOGS, 14 februari 1817 te Valkenburg aan de Geul. Gillis werd begraven 24 oktober 1872 te St. Pieter.Venloosch weekblad weekblad van 26 oktober 1872:
"Dinsdag heeft men uit het kanaal te St. Pieter opgehaald het lijk van een onbekende, naar het uiterlijk omstreeks 70 jaren. Hij was een half uur te voren in eene herberg te Lanoye gezien, alwaar hij gezegd had van Visé te komen en te Valkenburg te wonen."

2 februari 1874: dood bevonden in de Maas bij St. Pieter een onbekende persoon van het mannelijk geslacht. De drenkeling werd 3 februari begraven te St. Pieter.

3 oktober 1875: Joannes DREESSENS, schippersknecht, verdronk aan de Kapel te St. Pieter om negen uur des morgens 47 jaar oud en werd 6 oktober 1875 begraven te St. Pieter. Hij werd 23 april 1828 geboren te Maastricht als zoon van Martinus DREESSENS en Barbara STEIJNS. Joannes en Maria Barbara SCHORS, dochter van Ludovicus SCHORS en Anna Maria VRIJDENBERGER waren 9 augustus 1853 getrouwd te Maastricht.
 

Nieuwsblad van Roermond van 10 januari 1877: Joannes BASSIN. Hij werd geboren in 1872 en overleed 13 december 1876. 5 januari 1877 "opgevischt" uit de Maas te Borgharen, 5 jaar oud.

 

15 februari 1877: Christianus BRANS overleed te St. Pieter op 15 februari 1877, ruim 57 jaar oud. Hij was verdronken "in de Knaal" en werd 17 februari 1877 begraven te St. Pieter. Hij was schrijnwerker van beroep en laatstelijk gewoond hebbende te Maastricht, Groote gracht. Zijn ouders waren
George BRANS en Maria Anna THUIJS.
Christaan werd 27 september 1819 geboren te Maastricht. Hij huwde  Maria Catharina MOURMANS, dochter van Petrus MOURMANS en Maria Catharina MASSING, 6 augustus 1845 te Maastricht.
 


De Grondwet van 18 februari 1877:
"Maastricht, 15 Febr. Heden werd uit het Luiker kanaal nabij deze stad het lijk opgehaald van zekeren B. van hier, die sedert circa 3 weken vermist was. — Hedennamiddag dreef een lijk, in een vastenavondpak gestoken, alhier de Maasbrug door. Allerwaarschijnlijkst van een bij de carnavalsfeesten te Luik verongelukte."

 

Nieuwsblad van Roermond 21 juli 1877:

"Zaterdag-morgen is een arbeider die ten gevolge eener zenuwaandoening in ’t Bassin was gevallen door Kuiten en Meese-Nijst van een wissen dood gered."

 

3 oktober 1877: Anna Maria Hubertina GORREN, dochter van Antonius GORREN en Maria Theresia BROUNS, overleed te St. Pieter op 3 oktober 1877, bijna 41 jaar oud. Zij verdronk "in de Knaal" te St. Pieter om 5 ure des voormiddags en werd 5 oktober 1877 begraven te St. Pieter. Zij was huishoudster van beroep en laatstelijk woonachtig te St. Pieter langs het Kanaal.
Maria werd 31 oktober 1836 geboren en gedoopt te St. Pieter. Zij was 11 februari 1858 getrouwd te St. Pieter met Joannes Hubertus HAMELERS. 

 

De Locomotief van 2 oktober 1877:
"TOEGEKEND: aan D. H. Schuttelaar, korporaal bij het 2de reg. inf., in garnizoen te Maastricht, als blijk van Zr. Ms. goedkeuring en tevredenheid wegens de redding van een kind uit het kanaal van Luik naar Maastricht, op 23 Juni 1877, de bronzen medaille, zoo mede een loffelijk getuigschrift"

Dirk Henricus SCHUTTELAER, zoon van Joannes Bernardus SCHUTTELAER en Anna Catharina IN DE BRAAK, zijn 8 november 1853 getrouwd te Maastricht.
Dirk werd 23 maart 1857 geboren te Thorn. Hij overleed te Maastricht op 23 november 1950, 93 jaar oud.

 

18 februari 1878 wordt te St. Pieter een onbekend manspersoon uit het Kanaal van Luik-Maastricht opgehaald.

 

4 december 1878: Nn DETROOG. Hij overleed omtrent 4 december 1878. Hij werd opgevischt uit de Zwanengracht te Maastricht.

Nieuwsblad van Roermond 12 januari 1878:
"Maastricht 5 Jan. Gisteren-morgen heeft men uit de Zwanengracht te dezer stede het lijk opgevischt van den genaamden Detroog Belg van geboorte. Voor eenige dagen bevond de gemelde Detroog zich te Aken doch werd van daaruit met zijn vrouw en vier kinderen door de politie over de grens gebracht als zijnde zonder middelen van bestaan Daarna kwam hij met zijn gezin te Maastricht en was gelogeerd in een herberg in de Stokstraat toen hij gisteren-morgen uitging om niet weder te keeren. Bovenbedoelde man schijnt door de armoede tot deze verschrikkelijke daad te zijn overgegaan gegaan. Geen werk hebbende was hij op
verscheidene fabrieken geweest waar hij overal van de hand gewezen werd. Ondertusschen weenden zijne kinderen om brood."
 

Egidius Hubertus VRIJENS overleed omtrent 17 maart 1879: een lijk van een man opgevist uit de Zuid-Willemsvaart te Maastricht (overlijden is een fictieve datum) 22 jaar oud.

Venloosch Weekblad van 2 maart 1879: "Maandagmorgen is te Maastricht uit het Bassin opgehaald het lijk van een onbekende, omstreeks 25 jaar oud. Hij had blonde haren en oogen, dikken neus, mond gewoon, droeg een kleinen knevel en was gekleed met een blauwen kiel, grijze broek, gestreept vest, blauwen borstrok, wit katoenen hemd en laarzen."

Egidius werd geboren op 8 september 1856 te Oud-Vroenhoven als zoon van Hubertus VRIJENS geboren op 27 januari 1826 te Oud-Vroenhoven. Hubert huwde Maria Agnes HORRION 13 november 1851 te Oud-Vroenhoven. Hubert overleed 6 augustus 1899, 73 jaar oud te Oud-Vroenhoven. Maria Agnes HORRION werd geboren op 30 maart 1819 te Noorbeek. Zij overleed 17 februari 1870, 50 jaar oud te Oud-Vroenhoven.

 

17 juli 1879 werd een onbekend vrouwspersoon naar gissing 40 jaar oud met onbekende woonplaats "gevist in de knaal" te St. Pieter en werd 17 juli 1879 begraven te St. Pieter.

 

23 augustus 1880: Petrus Gustave Hubertus SCHUFFELERS, zoon van Cornelius Hubertus SCHUFFELERS en Maria Ida ROEMEN, overleed te St. Pieter op 23 augustus 1880, ruim 20 maanden oud "verdronken in den jeker vermis van den 23 dezer." (Rosier). Woonachtig In den Molen. Hij werd 2 november 1878 geboren te St. Pieter en werd 25 augustus 1880 begraven te St. Pieter.

23 december 1880: Henri Mathieu HENQUET verdronk in de Maas.

Henri Mathieu HENQUET was een zoon van Martinus HENKET geboren op 18 april 1818 te Haccourt. Martin huwde Marie Barbe SCAFF 9 mei 1846 te Lanaye.  Martin overleed 30 mei 1898, 80 jaar oud te Lanaye. Hij was landbouwer van beroep. Marie Barbe SCAFF werd geboren op 7 maart 1820 te Lanaye. Zij overleed 11 januari 1872, 51 jaar oud te Lanaye.
Henri werd geboren op 16 maart 1849 te Lanaye en overleed 23 december 1880 te Lanaye. Henri was landbouwer en strohoedenmaker van beroep. De aangifte van zijn overlijden werd gedaan door Lambert JANSSEN, 34 jaar oud, arbeider en vriend van de overledene en Joseph JANSSEN, 32 jaar oud, arbeider en ook vriend van de overledene. Beiden woonachtig te Lanaye. Henri werd op 23 december 1880 om 4 uur in de namiddag dichtbij de kapel van Lanaye uit het water gehaald. De wateroverlast werd veroorzaakt door overstromingen. Henri was weduwnaar van Marie Joséphine Pétronille LINQUET. Zij was op 19 januari 1879 te Lanaye overleden, slechts 25 jaar oud.

 

 

Het Nieuws van den dag van 8 januari 1881.

 

11 mei 1880: Wilhelmus Hubertus LIMBOURG werd op 11 mei 1880, 52 jaar oud opgevist te St. Pieter "in het knaal des voormiddags om elf uur heeft zigt verdronken." (Rosier). Hij werd 12 mei 1880 begraven te St. Pieter.
Wilhelmus werd 13 september 1827 geboren te Maastricht als zoon van Antoon LIMBOURG en Maria Anna LEENDERS.

 

4 april 1881: een onbekend manspersoon naar gissing zestig jaar oud met onbekende woonplaats werd gevist uit het Kanaal te St. Pieter. NN werd 6 april 1881 begraven te St. Pieter.
 

29 mei 1881: William Victor Hubert Antoine REGOUT, zoon van Eugenius Bernardus Hubertus REGOUT - eigenaar-bewoner Villa Wyckerveld te Meerssen - en Caroline Hortence Victorine BONHOMME werd 8 mei 1855 geboren te Maastricht. William overleed 29 mei 1881, 26 jaar oud des namiddags om zeven ure te St. Pieter bij Maastricht. Hij was ongehuwd en woonde te Limmel gemeente Meerssen. Fabrieksdirecteur.
Wat was er gebeurd? De Tilburgsche Courant van 2 juni 1881:

"Zondag middag had nabij Maastricht het volgende ongeluk plaats. Het rijtuig van den heer Eug. Regout, waarin zijne twee zonen zaten met den koetsier, reed langs het kanaal van Maastricht naar Luik toen het paard, schrikkende voor een hondje, een zijsprong maakte en van den kanaaldijk, welke aldaar zeer smal was, met het rijtuig te water geraakte. De koetsier redde zich door tijdig van het rijtuig te springen; door spoedige hulp slaagde men er in den jongsten zoon te redden, maar de oudste was reeds een lijk toen men hem op konde halen. Ook het paard is verdronken."

 

 

 

De Tijd van 23 juni 1881: "Maastricht, 20 Juni. Heden in den voornacht viel zekere L. in het langs de stad loopend Luikerkanaal. Hoewel men hem nog al spoedig op het droge haalde, bleek hij reeds een lijk te zijn. Eenige oogenblikken vóór het ongeval had de verongelukte in beschonken toestand een in de nabijheid gelegen herberg verlaten."

Het betrof Joannes LOOMANS, zoon van Adolf LOOMANS en Anna Maria Hubertina RODOLF. Jan werd geboren op 4 mei 1854 te Maastricht. Hij huwde Maria Ida CIMMERMANS , dochter van Joannes Hubertus CIMMERMANS en Maria HULZEN, 17 november 1875 te Maastricht. Hij was dagloner van beroep. Aangifte van het overlijden op 20 juni 1881 doen: Johannes KOOKEN, spijkermaker, 37 jaar oud, zwager van de overledene, Adrianus SOETERS, lijkenbezorger, 57 jaar oud bekende van de overledene, beiden te Maastricht wonende "dat alhier op heden ten kwart na twaalf ure 's nachts ter hoogte van de Kleine Gracht uit het zijkanaal is opgevischt het lijk van Joannes Loomans, daglooner, 27 jaar oud, geboren te Maastricht echtgenoot van Ida Cimmermans."

 

10 augustus 1881 werd Hubertina CRAFT, 38 jaar oud "gevist in het Knaal aan de Rode Haan, niet herkent" (koster Rosier) bij Maastricht. Hubertina werd 24 september 1842 geboren te Maastricht als dochter van Nicolaas CRAFT en Anna LEKENS. Hubertina huwde Gillis DINJENS, zoon van Mathijs DINJENS en Theresia WESCHE, 3 mei 1876 te Maastricht. Sterfhuis Plankstraat Maastricht.

 

Algemeen Handelsblad van 4 november 1882: "Bij koninklijk besluit van 2 dezer, is als blijk van Zr. Ms. goedkeuring en tevredenheid de bronzen medaille en een loffelijk getuigschrift ingesteld bij koninklijk besluit van 22 September 1855, no. 64, toegekend aan: H. Dessart, te Maastricht, wegens het met levensgevaar redden van een drenkeling uit de Zuid-Willemsvaart, op 13 Juli 1882."

 

2 december 1883: op den Kleinen Weert werd uit de rivier de Maas opgehaald het lijk van een onbekend manspersoon van naar gissing 35 jaar oud.
Aangifte doen Petrus MOERMANS, landbouwer, 58 jaar oud en Jacques JONGEN, landbouwer, 23 jaar oud, beiden woonachtig te St. Pieter.

 

 

 

Guillaume René DUMOULIN overleed 15 juli 1884, 23 jaar oud. Hij verdronk te Luik in het openbare Parc de la Boverie. Willem Reinier werd begraven op 18 juli 1884 te St. Pieter. Hij was coutelier (messenmaker) van beroep, ongehuwd, woonachtig te St. Pieter langs het Kanaal en verbleef te Luik in de Rue des Prémontrés 11.

Reinier werd geboren op 27 maart 1861 te Maastricht als zoon van Ludovicus DUMOULIN geboren op 30 mei 1823 te Maastricht. Louis huwde Maria Cornelia Hubertina SCHRIJNEMACKER (SCHRIJNEMACKERS SCHRIJNEMAEKERS) 24 juli 1855 te St. Pieter. Louis overleed 24 november 1864, 41 jaar oud te St. Pieter en werd 28 november 1864 te St. Pieter begraven. Hij was schipper van beroep. Maria Cornelia Hubertina SCHRIJNEMACKER (SCHRIJNEMACKERS SCHRIJNEMAEKERS) werd geboren op 22 juli 1826 te St. Pieter. Cornelia (Corneille) overleed 3 december 1902, 76 jaar oud te Utrecht.

 

Petrus Josephus LAMKIN overleed 18 juli 1884, 15 jaar oud. Hij verdronk in de Maas "den 18 juli en den 21 julij gevischt" (Rosier) te Maastricht. Petrus werd 22 juli 1884 te St. Pieter begraven. Hij werd geboren op 7 juni 1869 te St. Pieter als zoon van Helena Hubertina LAMKIN, geboren op 8 maart 1844 te St. Pieter. Helena overleed 20 oktober 1906, 62 jaar oud te St. Pieter.

 

Het Vaderland van 24 oktober 1884: "De drenkeling, die eergisteren te Maastricht uit het kanaal werd gered, heeft zijn redding niet lang overleefd; hij is aan de gevolgen overleden. Welters, zoo heette de jongeling, was naar Maastricht gekomen ter bijwoning van het jubileum van den rector in het R.-K. weeshuis, waar hij was opgevoed."

Hubertus Laurentius WELTERS werd 30 juli 1853 geboren te Maastricht als zoon van Franciscus WELTERS en Anna VERSCHUEREN. Hij huwde Maria SCHORS, dochter van Willem SCHORS en Margaretha DREESENS, 1 mei 1878 te Maastricht. Hubertus overleed te Maastricht op 21 oktober 1884, 31 jaar oud.
1878 kleermakersgezel. 1884 kleermaker wonende in de gemeente  Schaerbeek (België). Zijn vader Franciscus was als weduwnaar overleden te Maastricht in 1864 op 39-jarige leeftijd. Hubertus Laurentius werd na dit overlijden in een weeshuis geplaatst.

 

17 mei 1885: Nn NN opgevist "uit de Maas tegen over de blekerij zonder beene en een hand en buiten staat van ontbinding." (Rosier) en werd 17 mei 1885 begraven te St. Pieter.

Joannes Hubertus IJSERMANS (IJZERMANS) overleed 27 december 1885, 65 jaar oud. Verdronken in de kanaal te St. Pieter. Hij werd 30 december 1885 te St. Pieter bergraven. Joannes werd geboren op 9 juni 1820 te St. Pieter en gedoopt 10 juni 1820 te St. Pieter. De doopgetuigen waren Franciscus HAMELEERS en Maria Ida BLANKERS. Zijn ouders waren  Joannes IJSERMANS (ISERMANS) geboren op 6 februari 1786 te St. Pieter. Jean (Jan) werd gedoopt 7 februari 1786 te St. Pieter. Jean (Jan) huwde Maria Christina GORREN 3 maart 1813 te St. Pieter. Hij overleed 2 februari 1839, 53 jaar oud te St. Pieter. Maria Christina GORREN werd geboren op 1 april 1783 te St. Pieter. Zij overleed 14 december 1839, 56 jaar oud te St. Pieter.

Hendricus Hubertus VANGANGELT overleed 8 juli 1886, 20 jaar oud. Henri werd geboren op 9 mei 1866 te St. Pieter. Hij verdronk in het Kanaal te St. Pieter en werd 10 juli 1886 te St. Pieter begraven. Hij was landbouwer van beroep en woonde langs het Kanaal. Henri was een zoon van:
Hendrikus Hubertus VANGANGELT geboren op 5 juli 1823 te St. Pieter. Hij huwde Maria Hubertina MOERMANS 1 februari 1856 te St. Pieter. Hendrikus overleed 4 maart 1902, 78 jaar oud te St. Pieter.
Maria Hubertina MOERMANS werd geboren op 22 december 1829 te St. Pieter. Zij overleed 21 november 1911, 81 jaar oud te St. Pieter.

 

De Tijd - godsdienstig-staatkundig dagblad van 11 augustus 1886: "Men schrijft ons uit Maastricht: Een jongen van 12 jaar, Lamb. Poelmans geheeten, die zich Maandag in het Voedingskanaal nabij Maastricht ging baden, is jammerlijk verdronken. Hoevelen reeds op die plaats hun dood gevonden hebben, is moeielijk te zeggen. Geen jaar gaat er voorbij, of men hoort dat deze of gene in het Voedings-kanaal bij het baden het leven liet. Het ware te wenschen, dat het politietoezicht werd verscherpt. Het is niet de stadspolitie, die wij hier op 't oog hebben, want deze heeft op 't Voedings-kanaal geen toezicht uit te oefenen, daar 't zelf tot de gemeente Oud-Vroenhoven behoort, maar wèl de rijkspolitie mocht hier een oog in het zeil houden."

Lambertus POELMANS was een zoon van Joseph POELMANS en Maria KELLERS. Lambert werd geboren op 5 december 1873 te Maastricht. Hij overleed 9 augustus 1886, 12 jaar oud. Joseph POELMANS werd geboren op 20 februari 1835 te Mopertingen (BE) en overleed 17 maart 1897, 62 jaar oud te Maastricht. Hij was dagloner van beroep. Zijn echtgenote werd geboren op 18 november 1840 te Uckhoven (BE). Maria overleed 28 november 1925, 85 jaar oud te Maastricht. het gezin kwam 4 april 1865 uit Veltwezelt en ging wonen in de Capucijnenstraat te Maastricht.
 

17 augustus 1886 verklaren Joannes Hermanus Vranken, veldwachter, 37 jaar oud en Willem-Hubert Feij, bureaubeambte, 39 jaar oud en beiden wonende te St. Pieter "dat zij op heden omstreeks half elf ure voormiddags binnen deze gemeente aan den rooden haan hebben uit het kanaal Luik Maastricht opgehaald het lijk van een onbekend manspersoon naar gissing omtrent veertig jaar".

 

Maria Ida Hubertina JONGEN (werkbode/landbouwster) overleed 26 december 1886 "verdronken in de kanaal den 26 december 1886 en gevonden den 15 januarij 1887 te St. Pieter oud 64 jaar".
Ida werd begraven op 17 januari 1887 te St. Pieter. Zij werd geboren op 5 oktober 1822 te St. Pieter als dochter van:

Leonardus JONGEN geboren en gedoopt op 20 april 1795 te St. Pieter. Hij huwde Maria Ida HENKET (HENKE HENQUET) 26 juli 1822 (28 juli 1822 kerkelijk huwelijk te St. Pieter) te St. Pieter. Hij was landbouwerhovenier en woonde Langs het kanaal 33 te St. Pieter. Leonard overleed 17 november 1853 Langs het Kanaal te St. Pieter, 58 jaar oud en werd 21 november 1853 te St. Pieter begraven.
Maria Ida HENKET (HENKE HENQUET) werd geboren op 14 augustus 1799 te St. Pieter. Zij overleed 2 augustus 1883, 83 jaar oud te St. Pieter en werd 5 auggustus 1883 bijgezet te St. Pieter.

 

De Zuid-Willemsvaart van 28 juni 1887: "Te Eijsden is aangespoeld het lijk van een onbekend manspersoon, De drenkeling droeg geene teekenen van geweld."

26 juni 1887 doen Nicolaas Lambrix en Hubert Lambrix, twee dagloners, aangifte bij de Burgerlijke Stand van de Gemeente Eijsden van een onbekende drenkeling gevonden te Eijsden in de Maas op 22 juni 1887 te voormiddags om 8 uren. In de aangifte een uitgebreid signalement, waardoor wij een goed inzicht krijgen over hoe in de tijd iemand gekleed op reis (?) ging.

Maat een vijf en zeventig meter, aangezicht lang en vol, neus dik, mond gewoon, ogen grijs, haar en winkbrouwen donker bruin, knevel idem bruin, als mede ondermond, kleur bleek; gekleed met rood flanellen hemd, witlinnen hemd met borst stijve kraag, wit geweven katoenen onderbroek, blauw grijze wollen zokken en binnen lappen om de voeten, bottines (laarzen/schoenen) bijna nieuw, halsdas van blauw zijde met bruin hoefijzertjes en rood zijden voering, bruin gestreepte broek, vest van bruin stof met gele voering, jas van zwarte stof met zwarte gladde knopen en satijne voering, knopen gemerkt Simon Stanex Liaije(?), klein pennemes met perlemoer heft, een zwart hoorn lucifersdoosje, grijs gebreide tabakszak, twee ijzeren sleutels, twee potloden, een pennenhouder, vier overhemdsknopen, twee koperen horlogiesleutels, een klein sleuteltje, een Belgische reisgids op de spoorwegen, draagboekbanden van grijze stof met koperen gespen, twee manchetteknopen met verguld randje, van binnen vernikkeld, in het midden bevind zich een verguld klein vierkant blokje, een doekspeld met drie glazen steentjes verguld en een wit linnen zakdoek gemerkt P.s.b., de overige voorwerpen allen ongemerkt.

De leeftijd van de drenkeling werd geschat op 35 à 40 jaren oud.

 

 

 

Marie GILMART overleed 4 december 1887, 36 jaar oud; zij verdronk in het kanaal te St. Pieter. Marie werd geboren in 1851 te Seraing (België). Zij werd begraven op 6 december 1887 te St. Pieter  op het gemeente kerkhof.

 

François LEONARD overleed 6 april 1888, ruim 38 jaar oud; hij werd "opgevischt" in de Maas te St. Pieter bij het wit huis en werd 8 april 1888 te St. Pieter begraven. Hij was een zoon van Thomas André LEONARD en Catharina Françoise Louise DUSSELBERG en werd geboren omtrent 1850 te Luik. Hij was gehuwd met Catharina HEIDEN en woonachtig te Luik. Bureaubeambte van beroep.

 

Algemeen Handelsblad van 4 juni 1888: "Besluiten en Benoemingen. ...Als blijk van Zr. Ms. goedkeuring en tevredenheid, de bronzen medaille en een loffelijk getuigschrift, ingesteld bij besluit van 22 September 1855, n°, 64 toegekend aan A. Theunisz, fabrieksleerling te Maastricht, wegens het met levensgevaar redden van een drenkeling uit het kanaal Maastricht - Luik, nabij de Augustijnenschool aldaar, op 17 April 1888."

 

De omgeving van de Augustijnenkerk (en school) aan de Kesselskade te Maastricht begin 1900. Bron: fotocollectie GAM nummer 14928.



Joseph GEELEN overleed 6 september 1888, drie en een half jaar oud te St. Pieter: verdronken. Joseph werd begraven op 8 september 1888 te St. Pieter. Hij werd geboren in 1885. De ouders van Joseph GEELEN waren:
Joannes Hubertus GEELEN geboren 29 januari 1885 geboren te Nunspeet. Joannes huwde (als militair zijnde) Matjen DE VENTE 13 februari 1884 te Harderwijk. Joannes overleed 8 oktober 1910, 65 jaar oud te Heerlen.
Matjen DE VENTE werd 4 oktober 1866 geboren te Harderwijk. Zij overleed 28 juli 1940, 73 jaar oud te Schaesberg.

 

Joannes Hubertus Reinerus HAMELEERS overleed 19 januari 1889, 22 jaar oud: verdronken. Renierus werd geboren op 31 januari 1867 te Maastricht. Hij werd "van den Armen" begraven op 21 januari 1889 te St. Pieter. De ouders van Joannes Hubertus Reinerus HAMELEERS waren:
Henricus HAMELEERS geboren op 28 april 1828 te Maastricht. Hendrick huwde Joanna Hubertina (Maria Joanna) ROIJMANS (ROYMANS) 9 mei 1856 te St. Pieter. Hendrick overleed 11 februari 1899, 70 jaar oud te 's-Hertogenbosch. Hij was landbouwer in 1856, 1868 en 1884. Dagloner in 1886. Woont in 1868 te St. Pieter onder den berg. Joanna Hubertina (Maria Joanna) ROIJMANS (ROYMANS) werd geboren op 24 juni 1835 te St. Pieter. Joanna werd gedoopt 25 juni 1835 te St. Pieter. Zij overleed 26 november 1882, 47 jaar oud te St. Pieter en werd 28 november 1882 begraven te St. Pieter

 

Johan Mathijs JACOBS overleed 15 juni 1891, 20 jaar oud, verdronken te St. Pieter. Hij werd begraven op 18 juni 1891 te St. Pieter. Johan werd geboren op 8 mei 1871 te Venlo, als zoon van  Jan Caspar JACOBS (rijksambtenaar), geboren op 7 december 1835 te Jabeek. Johan was onderwijzer van beroep. Jean Caspar huwde Johanna Gertrudis Hubertina VAN RENSEN 16 februari 1871 te Venlo. Jean Caspar overleed 8 april 1907, 71 jaar oud te Schinnen. Johanna Gertrudis Hubertina VAN RENSEN werd geboren op 21 mei 1844 te Venlo. Zij overleed 23 maart 1882, 37 jaar oud te Venlo.

Zijn broer Petrus Andreas JACOBS overleed 7 juli 1895, 21 jaar oud: verdronken "in het kanal" te St. Pieter. Hij werd geboren op 16 november 1874 te Beesel. Petrus werd begraven op 9 juli 1895 te St. Pieter.

 

Venloosch Weekblad van 25 februari 1893: "Het lijk van de huisvrouw Van Dijk, die in den nacht van Vastenavonds-Maandag te Maastricht in de Jeker verdronk, is thans in de Maas bij Geulle aangespoeld."

Maria Agnes SEVERENS, dochter van Jan Hendrik SEVERENS en Maria Agnes RUEDI, werd 16 juni 1851 geboren te Maastricht. Zij huwde Joannes Antonius VAN DEIJCK, zoon van Leonard VAN DEIJCK en Megchelina ZEVENTER, 10 december 1873 te Maastricht. Maria overleed omtrent 18 februari 1893, 41 jaar oud.
 

Joannes Hubertus ROMPELBERG overleed op  26 april 1893 te St. Pieter, 28 jaar oud; "verdronken in de Gats aan den kleinen Weert hij was van heer". Willem werd begraven op 27 april 1893 te St. Pieter. Hij werd geboren op 13 september 1864 te Heer als zoon van Joannes Hubertus ROMPELBERG en Gertrudis LANDERLOO. Hij was fabrieksarbeider van beroep.

 

 

Bataviaans Nieuwsblad van 16 maart 1894: "In zake den verdronken gevonden gewezen O.-l. militair Rosier melden de limburgsche bladen nader, dat, daar de drenkeling een zware verwonding aan het hoofd draagt, aan misdaad gedacht moet worden. Aangehouden werden drie personen, nl. M. Habets, 22 jaar, A. Smits, huisvrouw Habets, en Th. Habets, 54 jaar oud, allen te Maastricht; zij worden verdacht van den moord te hebben gepleegd. De lijkschouwing heeft in het gesticht Calvariënberg plaats gehad; het lijk droeg meerdere verwondingen. De drie personen, welke in hechtenis waren, als verdacht van moord op den gegageerden O.-I. militair Rosier, te Maastricht, wiens lijk opgehaald werd uit het voedingskanaal, zijn weder in vrijheid gesteld."

 

De drenkeling Franciscus Hubertus ROSIER was een zoon van Johannes Hubertus ROSIER (1818-1867) en Maria Catharina HEUSSCHEN (1829-1903). Frans Hubert werd geboren op 11 oktober 1858 te St. Pieter. Hij huwde Hubertina HABETS, dochter van Theodoor HABETS en Maria Catharina BOOSTEN 25 juli 1888 te Maastricht. En opmerkelijk: deze Theodoor is een van de verdachten evenals zijn zoon en diens echtgenote!

De verdachten werden echter vrijgesproken. We zullen dus nooit weten hoe Frans Hubert echt aan zijn einde is gekomen. Hij overleed 5 februari 1894, een Carnavalsmaandag, 35 jaar en 3 maanden oud om 10 uur in de voormiddag te Maastricht. Hij was een gepensioneerd Oost Indisch Militair en woonachtig in de Raamstraat nummer 46 te Maastricht. Hij liet 1 zoon achter. Hubertina HABETS werd geboren op 2 mei 1861 te Maastricht. Zij overleed 10 februari 1938, 76 jaar oud te Maastricht.

 

 


 

Cornelia Hubertina DINJENS overleed 15 juni 1894, 2 jaar en 9 maanden oud, verdronken in het Broek te St. Pieter. Cornelia werd begraven op 17 juni 1894 te St. Pieter. Zij was een dochter van Pieter DINJENS geboren op 8 januari 1854 te Maastricht. Pieter huwde Sophia TILLIJ (TILLY) 7 januari 1876 te St. Pieter. Pieter overleed 7 maart 1936, 82 jaar oud te Maastricht en werd begraven te St. Pieter. Sophia TILLIJ (TILLY) werd geboren op 17 september 1852 te Maastricht. Zij overleed op 22 april 1937, 84 jaar oud te Maastricht en werd te St. Pieter bijgezet.

 

"In het jaar achttien honderd vier en negentig, den zestienden Juny, zijn voor ons Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der gemeente Sint Pieter, Hertogdom Limburg, verschenen: Feij, Willem Hubert, oud zeven en veertig jaren, van beroep bureau beambte, wonende te Sint Pieter, geen bloedverwant van den overledene en Vranken, Joannes Hermanus, oud vier en veertig jaren, van beroep veldwachter, wonende te Sint Pieter, geen bloedverwant van den overledene, die ons verklaarden dat Dinjens, Cornelia Hubertina, geboren te Sint Pieter, oud twee jaar en negen maanden, van beroep zonder, ongehuwd, wonende te Sint Pieter, dochter van de echtelieden Dinjens, Pieter en Tilly, Sophia, beiden landbouwers en te Sint Pieter woonachtig, is overleden den vijftienden Juny achttien honderd  vier en negentig te Sint Pieter, in het Broek, des namiddags te vijf ure; aangifte op 16 juni 1894."

13 januari 1896 verklaren Willlem Hubert FEIJ, 48 jaar oud, bureaubeambte en Joannes Hermanus VRANKEN, 46 jaar oud, veldwachter, beiden wonende te Sint Pieter "dat zij op gisteren omstreeks twee uur namiddag te Sint Pieter aan de groote Weert uit de rivier de Maas hebben opgehaald het lijk van een onbekend manspersoon van naar gissing omtrent dertig jaren oud." De onbekende overledene werd 13 januari 1896 begraven op het algemeen kerkhof te St. Pieter.

 

14 mei 1896 verklaren Martinus LAMKIN, 50 jaar oud, landbouwer en Hubertus JANSSEN, 53 jaar oud, schrijnwerker, beiden woonachtig te Sint Pieter "dat zij op gisteren omstreeks zes uur namiddag te Sint Pieter op de Bleekerij uit de rivier de Maas hebben opgehaald het lijk van een onbekend manspersoon van naar gissing omtrent zestig jaar oud." De overledene werd 15 mei 1896 begraven te St. Pieter op het algemeen kerkhof.

 

Godefridus Hubertus PREVOO overleed 25 mei 1896, 53 jaar oud en werd 28 mei 1896 begraven te St. Pieter. Hubert verdronk in het Kanaal bij Slavante des voormiddags te vijf ure te St. Pieter. Hij was een zoon van Egidius (Gillis) PREVOO (PREVOT) geboren op 29 september 1813 te Berg en Terblijt gehuwd met  Anna Maria JANSSEN op 10 november 1843 te Berg en Terblijt. Gillis overleed 10 januari 1877, 63 jaar oud te Berg en Terblijt. Anna Maria JANSSEN werd geboren op 16 maart 1813 te Scherpenseel (Duitsland). Zij overleed 6 december 1891, 78 jaar oud te Berg en Terblijt. Hubert werd geboren op 31 augustus 1844 te Berg en Terblijt. Hij was schrijnweker van beroep, ongehuwd en woonachtig te Wittem.

 

De Tijd van 29 mei 1896: "Te StPieter nabij Maastricht is Maandag in het kanaal drijvende gevonden het lijk van eeonbekend manspersoon van ongeveer 50 jaar, in eenvoudige kleeding met ronden zwarten hoed. Men vermoedt, dat de drenkeling ter gelegenheid van het muziekfeest te Maastricht op een uitstapje naar StPieter te water is geraakt."

 

 

11 november 1896. Wilhelmus HECHTERMANS overleed te St. Pieter op 11 november 1896, 65 jaar oud verdronken in het Varkenswaardje des voormiddags te elf ure. Wilhelmus werd 14 november 1896 begraven te St. Pieter (op het algemeen kerkhof). "28 november 1896 ontvangen 4 gulden 76 voor het graf van Willem Hechtermans uit Guighoven." Zijn identiteit was in eerste instantie niet bekend. Wilhelmus werd 11 januari 1831 geboren te Guigoven (België). Hij was koster van beroep, ongehuwd en woonachtig te Guigoven.

Limburger koerier van 12 november 1896:
"SINT-PIETER, 11 Nov. Hedenmorgen werd aan den linker Maasoever alhier, niet ver van den Varkenswaard het lijk opgehaald vaneen onbekend manspersoon van middelbaren leeftijd, naar men vermoedt reeds een drietal dagen te water zijnde. De nette kleeding bestond in blauwe kiel, pet, zwarte broek, grijze kousen en handschoenen, De ongelukkige droeg bovendien een stok en rozenkrans bij zich. Het lijk is in ’t lijkenhuis overgebracht. Het schijnt de rivier afgedreven en was met het hoofd vastgeraakt in eene aan den oever zich bevindende afscheiding van puntdraad."

De ouders van Wilhelmus HECHTERMANS waren Hendrik Josephus Quintinius HECHTERMANS. Hendrik werd 31 juli 1792 gedoopt in Kortessem (Guigoven België). Hendrik en Maria Catharina SCHUERMANS zijn 24 september 1828 getrouwd te Kortessem (Guigoven). Hendrik overleed te Kortessem (Guigoven) op 7 maart 1870, 77 jaar oud.
Maria Catharina SCHUERMANS werd 15 augustus 1802 geboren te Hasselt Kuringen. Maria overleed te Kortessem (Guigoven) op 14 augustus 1878, 75 jaar oud.

25 juni 1897 verklaren Willem Hubert FEIJ, 50 jaar oud, bureaubeambte en Joannes Hermanus VRANKEN, 47 jaar oud, veldwachter, beiden wonende te Sint Pieter "dat zij op heden omstreeks vijf uren namiddag te Sint Pieter aan het Kantoor uit het Kanaal hebben opgehaald het lijk van een onbekend manspersoon naar gissing omstreeks dertig jaar oud." De drenkeling werd 26 juni 1897 begraven op het algemeen kerkhof van St. Pieter.

De Limburger Koerier van 28 juni 1897:

De Telegraaf van 30 juni 1897:

 

De Telegraaf 27 juli 1898: "Maandag-namiddag omstreeks 5 uur tijdens het baden in de Maas nabij de papierfabriek te Maastricht verdronken. Wonende te Wijk."

Venloosche courant 30 jul 1898: "By het baden in de Maas is te Maastricht de 12-jarige Robeers uit Wijk in een der baggerkuilen verdronken."

Josephus ROBEERST, zoon van Lambertus ROBEERST en Cornelia MORDANT, werd 29 augustus 1886 geboren te Maastricht. Hij overleed 29 juli 1898 (de verdrinking vond plaats op 25 juli 1898) verdronken in de Maas, 11 jaar en 11 maanden oud te Maastricht.


Fredericus Jacobus Franciscus BONNEMAIJERS overleed 29 juli 1899 te St. Pieter, bijna 9 jaar oud, verdronken te St. Pieter en werd 31 juli 1899 te St. Pieter begraven. Hij werd geboren op 2 december 1890 te St. Pieter als zoon van:
Petrus Joannes BONNEMAYERS (BONNEMAIJER) geboren op 7 juli 1863 te Maastricht. Hij huwde Catharina Hubertina REINER (RENIER) 3 februari 1888 te St. Pieter. Petrus overleed 16 maart 1924, 60 jaar oud  te Maastricht en werd begraven te St. Pieter. Catharina Hubertina REINER (RENIER) werd geboren op 27 oktober 1861 te St. Pieter. Zij overleed 4 mei 1909, 47 jaar oud te St. Pieter en werd te St. Pieter begraven.

 

Joannes Paulus PARIS overleed 6 september 1899: verdronken in het kanaal, 68 jaar oud te St. Pieter. Hij werd 7 september 1899 te St. Pieter begraven. Joannes werd geboren op 9 februari 1832 te Maastricht als zoon van Hendrik PARIS en Anna Maria Catharina SERVAIS. Joannes Paulus was gehuwd met Anna Maria HENDRIX, dochter van Joannes Mathias HENDRIX en Anna Maria MUITJENS, op 10 maart 1858 te Maastricht. Anna werd geboren op 21 mei 1833 te Maastricht. Zij overleed 29 maart 1901, 67 jaar oud te Maastricht.

 

Limburger Koerier van 3 april 1902: "KLEIN-LANAYE, 3 April.
De hoofdsluiswachter-ontvanger te Klein-Lanaye heeft twee zonen, waarvan de een gehuwd, vader van 4 kinderen, hulpsluiswachter te Haccourt bij Visé is. De laatste nu nam verleden Zaterdagavond de boot komende van Maastricht, ten einde een bezoek bij zijne ouders te Klein-Lanaye af te leggen. Toen hj omstreeks 10 uur, in gezelschap van zijn broeder, langs de aan de Sluis nieuw aan te leggen werken liep, geraakte hij door een misstap eensklaps te water. Zonder aarzelen sprong zijn broeder hem na, maar, vermoedelijk niet genoeg kunnende zwemmen, verdween hij in de diepte en werd later als lijk opgevischt. De ander was in middels door toegeschoten personen kunnen gered worden. Toen deze evenwel later het treurig uiteinde van zijn broeder vernam, heeft hij de spraak verloren en is deze tot dusverre nog niet teruggekeerd. De smart der ouders over dit dubbele ongeval is hartverscheurend."

 

De drenkeling was Jules KEMPENERS, zoon van Jean KEMPENERS en Marie Josephe BAGE. Jules werd 31 januari 1877 geboren te Lanaye. Hij overleed 29 maart 1902, om tien uur 's avonds, 25 jaar oud te Petit-Lanaye. Hij was van beroep boekhouder.

Petrus Josephus VANHEESWIJCK, zoon van Jan Mathijs VANHEESWIJCK, wonende te Maeseijck (België)) en Anna Margerita DECRAE, overleed 30 september 1902 des voormiddags ten tien ure, ruim 52 jaar oud. Hij verdronk in de Maas te St. Pieter en werd begraven op 2 oktober 1902 te St. Pieter. Joseph werd geboren omtrent 1850 te Maeseijck. Hij was schippersknecht, ongehuwd en wonende te Maeseijck.

 

31 augustus 1904 werd een onbekend manspersoon van naar gissing omstreeks 27 jaar oud opgevischt aan den duiker uit het kanaal. Het bleek Jan DE BOER te zijn, zoon van Hidde Jans DE BOER en Baukjen Douwes REEKERS. Jan werd geboren op 4 april 1877 te Bolsward. Hij werd begraven op 31 augustus 1904 te St. Pieter op het algemeen Kerkhof (ongewijde grond). Hij was, zonder beroep, laatstelijk wonende te Heerlen. Delftsche Courant van 9 september 1904:
 

 

15 februari 1905 doen Gilles Lacroix, veldwachter te Lanaye en Nicolas Frenay, landmeter woonachtig te Lanaye aangifte bij Jean Théodore Jockin, burgemeester van Lanaye, van een drenkeling uit het water gehaald om 7 uur 's ochtends op 15 februari 1905 van het lateraal kanaal bij de Maas stroomafwaarts van de sluis van Groot-Ternaaien. Het is het stoffelijk overschot van een onbekende vrouw, geschat tussen de 25 en 30 jaar oud. Lengte 1 meter 65 centimeters. Zwart haar. In het linker oor een zilveren oorbel. Zwarte kousen en enkellaarsjes met veters. De rest van het lichaam naakt.

 

 

Frederik GEERSHEUVELS, zoon van Hubertus Henricus GEERSHEUVELS en Joanna Catharina HABETS overleed 22 juli 1906, 8 jaar en 6 maanden oud te Maastricht. Frederik werd 17 januari 1898 geboren te Maastricht. Hij viel al spelend in de zgn. Bloodbak (de vergaarbak bij de duiker van de Jeker onder het kanaal) en verdronk. Het Volksdagblad van 25 juli 1906:

 

Fotocollectie GAM nummer 17588. Maastricht. Kanaal van Luik naar Maastricht. Overzicht vanaf het rondeel "De Vijf Koppen" voor de reconstructie en het herstel van de Maaspunttoren (Jekertoren). Havenactiviteiten langs het kanaal. Op de voorgrond de bloedbak. Auteur: B.12 Boon
Datering: 14/7/1903

 

Jan Lodewijk BEESMANS overleed 5 maart 1907, ruim 49 jaar oud des voormiddags ten acht ure te St. Pieter en werd 6 maart 1907 begraven te St. Pieter (op het Algemeen Kerkhof van de gemeente). Hij was een zoon van Lodewijk BEESMANS en Elisabeth SCHRIJNEMEECKERS. Jan werd 4 december 1857 geboren te Maastricht. Hij was ongehuwd en schoenmaker van beroep. De Limburger Koerier van 7 maart 1907:


Joanna Catharina Hubertina LEMMENS, dochter van Hendrikus Hubertus LEMMENS en Maria Hubertina RAMAEKERS, werd geboren op 8 augustus 1877 te St. Pieter. Zij huwde Franciscus SCHREURS  2 oktober 1897 te St. Pieter. Joanna overleed 7 maart 1908, 30 jaren en 6 maanden oud te Maastricht en werd begraven op 10 maart 1908 te St. Pieter. Zij was verdronken.

Limburger Koerier 5 april 1909:
Lijk gevischt. - ST. PIETER. "Door S. H. Rosier, visscher is nabij Klein Lanaye een lijk gevischt. In een der zakken werd een visitekaartje gevonden, waarop de naam R.. .., ingenieur. Vermoedelijk is het lijk uit Belgie aan gedreven."

Nederlandsche Staatscourant 26 oktober 1910:
"Bij Koninklijk besluit van 24 October 1910 n°. 57 is, als blijk van goedkeuring en tevredenheid, de bronzen eerepenning voor menschlievend hulpbetoon en een loffelijk getuigschrift toegekend aan:
M. Brouns, landbouwer te St.-Pieter, wegens de door hem met levensgevaar verrichte redding van eene drenkelinge uit het water van het kanaal Luik—Maastricht aldaar, op 5 Augustus 1910; — J. H. Scharis, glasblazer te Maastricht, wegens de door hem met levensgevaar verrichte redding van een drenkeling uit het water van het kanaal Luik — Maastricht, op 4 Aug. 1910."

8 januari 1912 wordt te Haccourt aangifte gedaan van een onbekende drenkeling van het mannelijk geslacht. Signalement: geschat ongeveer 17 jaar oud, lengte 1 meter 61, bruine haren, gekleed in een grijs-zwart kostuum, gestreept hemd en zwarte veterschoenen. De drenkeling was 6 januari 1912 uit het water gehaald bij de sluis in het kanaal van Luik naar Maastricht bij Haccourt (sluis 2). Later bleek het te gaan om Engel Joseph STRAK, zoon van Jacob Willem STRAK en Francina WANJON. Engel werd 15 november 1894 geboren te Oost-en West-Souburg. Hij overleed 17 jaar oud. Engel was schippersknecht van beroep en woonachtig te Middelburg.

23 juli 1912. Onbekende drenkeling. Bartholomeus LACROIX, 53 jaar oud, leidekker van beroep en Jean HENQUET, 68 jaar oud, timmerman van beroep, beiden woonachtig te Lanaye en niet verwant met de overledene, geven aan bij de burgemeester en tevens ambtenaar van de burgerlijke stand Jean Théodore JOCKIN te Lanaye, dat zij op 23 juli om 4 uur in de namiddag uit het lateraal kanaal van de Maas bij Petit-Lanaye uit het water hebben gehaald het stoffelijk overschot van een onbekende man. Geschat wordt dat de drenkeling 40 jaar oud is, 1 meter 70 groot, bruin haar en snor, gekleed in twee wijde grijze broeken, een bruin mouwloos vest, een grijs vest(?), een blauw hemd, zwarte sokken en schoenen, met gebruikte zooltjes.

De Zuid-Willemsvaart 7 september 1912:

"MOORD. Woensdagmorgen (4 september 1912) is te St. Pieter bij Maastricht in de rivier de Maas het lijk gevonden van de 20-jarige dienstbode Maria v. L. uit Klein Lanaye, Hollandsch-Belgische grens die sinds de kermis aldaar, ongeveer tien dagen geleden, vermist werd. De vermoedelijke moordenaar, die ten aanzien van het meisje nog een ander misdrijf begaan heeft, een persoon uit Lanaye is door de Belgische gendarmen gearresteerd. Het lijk zal door de justitie te Maastricht worden geschouwd."

Het slachtoffer was Maria Catharina Josephina VAN DER LINDEN, dochter van Leonardus Josephus VAN DER LINDEN en Maria Catharina SPRONCK.
Maria werd geboren op 15 juli 1892 te Julemont. Zij overleed 4 september 1912, verdronken in de Maas. Maria werd begraven op 6 september 1912 te St. Pieter op het gemeentelijk kerkhof. Zij was woonachtig te Lixhe. Dienstbode. Gevonden in de Maas tegenover de school in de parochie St. Pieter.

Inschrijving in het overlijdensregister van de Parochie St. Pieter.

 

26 januari 1913 werd een onbekende man opgevist uit de rivier de Maas te St. Pieter: opgevischt uit de rivier de Maas ten elf uren des voormiddags ter hoogte van het buitengoed "Maas en Burg" naar gissing omstreeks dertig jaren oud. De aangifte werd gedaan door Willem PLETZERS, 48 jaar oud van beroep veldwachter wonende te St. Pieter en Frans ROSIER, 22 jaar oud, landbouwer van beroep en wonende te St. Pieter.

De drenkeling was Mathieu LIBON, zoon van Arnoldus Josephus LIBON en Josephina DESIRA. Mathieu werd geboren omtrent 1875 en huwde Ernestina ALEXANDRE. Hij was 38 jaar oud bij zijn overlijden en werd begraven te Angleur alwaar het echtpaar woonachtig was.
 

31 maart 1913 aangifte door Gaspar CLAESSENS, 32 jaar oud, van beroep landbouwer en Willem PLETZERS, 48 jaar oud, veldwachter, beide aangevers wonende te St. Pieter, verklaren dat zij op 30 maart 1913 des namiddags ten drie uren uit de rivier "de Maas" ter hoogte van het gemeentehuis onder de gemeente St. Pieter hebben opgevischt het lijkje van een hun onbekend pas geboren kind van het mannelijk geslacht. Het kindje werd 1 april 1913 te St. Pieter begraven op het gemeentelijk kerkhof.

 

14 september 1913: Johannes Hubertus MARES, brugwachter te St. Pieter vindt in het kanaal bij de brug te St. Pieter het lijk van Joannes Baptista REIJNDERS, zoon van Joannes REIJNDERS en Josephina VAN HEES. Jan werd geboren omtrent 1867 te Niederheim. Hij werd 46 jaar oud. Jan werd begraven op 17 september 1913 te St. Pieter op het gemeentelijk kerkhof.

 

9 februari 1914 meldde Het nieuws van den dag: kleine courant: "te St.-Pieter nabij Maeastricht is Zondagmiddag uit het kanaal het lijk opgehaald van een onbekend manspersoon van middelbaren leeftijd. Het lijk verkeerde in vergevorderden staat van ontbinding."

8 februari 1914 werd in het kanaal te St. Pieter gevonden Carolus Johannes FRANSSEN, zoon van Johannes Carolus FRANSSEN geboren op 28 september 1869 te Houthem. Johannes huwde Maria SCHOON 28 oktober 1891 te Maastricht. Johannes overleed 1 juli 1929, 59 jaar oud te Maastricht. Maria SCHOON werd geboren op 18 maart 1870 te Maastricht. Zij overleed 21 december 1941, 71 jaar oud te Meerssen.
Carolus werd geboren op 1 oktober 1893 te Maastricht. Hij overleed 8 februari 1914 te St. Pieter en werd begraven op 10 februari 1914 te St. Pieter.
Wijntapper wonende Statensingel. Ongehuwd.

 

De Limburger Koerier van 22 april 1914:

   

 

11 augustus 1914 werd een onbekende man uit de Maas gehaald. Nn NN werd begraven op 12 augustus 1914 te St. Pieter, gemeentelijk kerkhof.
Waarschijnlijk dezelfde persoon: 11 augustus 1914 verklaren Johannes Hubertus NIJS, 23 jaar oud, mijnwerker en Josephus WIJNANDS, 22 jaar oud, glasslijper, beiden wonende te Maastricht dat zij heden des voormiddags ten elf uren uit de Maas ter hoogte van het Sint Antoniuseiland onder deze gemeente, uit de Maas hebben opgevischt het lijk van een hunne onbekend persoon van het mannelijk geslacht naar gissing omstreeks oud vijf en twintig jaren. 8 april 1920 wordt bij beschikking van de Arrondissementsrechtbank te Maastricht bevolen, de akte te verbeteren met inmiddels de bekende namen en gegevens van de drenkeling.

De drenkeling is Aimé Remi DE MOOR, zoon van Emiel DE MOOR (inmiddels overleden) en Maria DESPIEGELEER (wonende te Haccourt). Aimé werd geboren omtrent 1896 te Velsique-Ruddershove (België Oost-Vlaanderen). Hij was ongehuwd, kuiper van beroep en woonde te Lixhe.

 

De Volksstem van 19 augustus 1914: "te Maastricht is het zesjarige zoontje van schipper Kwanten in het kanaal gevallen en verdronken."

 

 Kind te water. Dinsdagmiddag geraakte een 6-jarig kmaiapje, C. genaamd tem hoogte van de scheepswerf te St. Pieter, al spelende in het kanaal. Door den vader, die in dte nabijheid werkte, werd hei kind gered.

 

Joannes Hubertus HERMANS, zoon van  Pieter Hermans en Catharina WILLEMS, overleed 15 januari 1915, 36 jaar oud te Maastricht. Hij reed op zijn fiets langs het Kanaal. Is bij een openstaande brug in het water gevallen en verdronken. Joannes werd 12 juni 1878 geboren te Rijckholt. Hij huwde Maria CILISSEN, dochter van Mathijs Hubertus CILISSEN en Maria Joanna PRICK, 5 februari 1908 te Maastricht. Hij was schrijnwerker van beroep. Sterfhuis: Zwingelput 9 te Maastricht.

 

Zutphensche Courant van 18 januari 1915:

18 mei 1915 werd uit de Zuid Willemsvaart ter hoogte van de Sandersbrug, sluis 19 in Bosscherveld te Maastricht het lijkje van een pas geboren kind opgehaald.

De Limburger Koerier van 19 mei 1915:

 

 

 

Léon DELCOURT werd 10 maart 1918 gevonden in de Maas bij St. Pieter. Hij werd geboren omtrent 1901 te Visé Devant-le-Pont en werd werd begraven op 12 maart 1918 te St. Pieter.

 

De Maasbode 11 maart 1918:
"Lijk gevischt. In St. Pieter, werd Zondagmiddag, ter hoogte van „Slavante" door een paar visschers, in de Maas drijvende gevonden het lijk van een jeugdig persoon, wiens gezicht eenigzins was verminkt. De visschers trokken het op 't droge en waarschuwden burgemeester en politie. Een uur later was het in het lijkenhuisje gelegd, terwijl uit de bij hem gevonden papier bleek, dat hij Leon Delcourt heette, 18 jaar en wonende Rue de l'Ecole Devant-le-Pont, Visé. Aan bankpapier werd een bedrag van ruim 400 mark op het lijk gevonden, benevens eenig Fransch geld, een brief en portret van zijn moeder, en eenige brieven, gericht aan bloedverwanten in Holland. Een paar opgepompte oude fietsbanden had hij kruiselings over de borst gebonden, waarschijnlijk om zich drijvende te houden bij zijn poging om over de Maas in België te ontvluchten."

 

Nieuwe Apeldoornsche Courant van 21 augustus 1918:

"MAASTRICHT, 21 Aug. Het twee en half jarig zoontje van K., is nabij het buitengoed „Aux Champe Elysées" tijdens het spelen in een onbewaakt oogenblik in de Jecker gevallen en verdronken."

 

Litho "Aux Champs Elysées". Nu Cannerweg 111 te Maastricht. Foto: collectie Wil Lem..

 

19 oktober 1918 werd het lijk van een onbekende man van naar gissing omstreeks 40 jaren oud opgevischt uit de rivier de Maas ter hoogte van de kerk te St. Pieter.

 

18 juni 1919 verschijnt in de Telegraaf een artikel met de kop "Een zwemschool dringend noodig". De aanleiding:

"de gehuwde arbeider der zinkwitfabriek Bouwens, wonende Grachtstraat alhier, is in de nabijheid der fabriek, bij het baden in de Maas verdronken.
Maastricht, een stad met een arbeidersbevolking van meer dan de helft van haar zielenaantal; heeft na een 30-jarige telkens weer opnieuw opduikende discusie in den gemeenteraad, eindelijk besloten tot de oprichting van een zwemschool. Nu is men echter zoó laat met den bouw begonnen, dat de school waarschijnijk niet eerder zal kunnen worden geopend dan.... tegen het begin van den winter.Telken jare eischt het baden in Maas en Kanaal een aantal slachtoffers."

 

28 augustus 1919 werd "opgevischt" uit de Maas nabij de duiker te St. Pieter het lijk van een pasgeboren kind van het mannelijk geslacht.

 

11 maart 1924: Petrus Hubertus Jozef WOLFS, zoon van Winandus Hubertus WOLFS en Maria Henriette Elisabeth SMEETS, werd geboren op 26 januari 1898 (afwijkend van bidprentje) te St. Pieter. Petrus overleed omtrent 11 maart 1924, 26 jaar oud (uit het water gehaald) door een ongeluk; over boord gevallen en verdronken te Ougrée (België). Hij werd begraven op 15 maart 1924 te Ougrée.

 

 


 

28 maart 1924 Limburgsch Dagblad:

Memié Margaretha BULTE overleed 26 september 1926, 51 jaar oud te Maastricht (St. Pieter). Zij verdronk in het kanaal. Memié werd geboren op 17 september 1875 te Maastricht als dochter van Frederik BULTE en Maria Hubertina PEIJS. Zij huwde Joannes Hubertus Everardus WINCKERS, zoon van Joannes WINCKERS en Joanna Catharina Hubertina MAK, 19 januari 1898 te Maastricht. Memié werd begraven op 29 september 1926 te Maastricht. Uitzoekster van beroep. Bij overlijden Lage Kanaaldijk 8.

Maria Hubertina LEENDERS verdronk 9 oktober 1926, 43 jaar oud. Zij wilde het waswater uitgooien en heeft haar evenwicht verloren. Daar ze niet kon zwemmen is ze verdronken. Maria werd begraven op 12 oktober 1926 te St. Pieter. Zie: geruimd Maria Hubertina Leenders.

De Tribune, sociaal democratisch weekblad van 3 januari 1927:
"Een man verdronken. - Omstreeks 4 uur Zondagmiddag is een 50-jarige man, genaamd Bastiaans, wonende Herbenusstraat, te Maastricht, wijntapper bij de firma Duselier Muller in de Maasstraat, bij het Stadspark in de Maas gevallen. Door omstanders werd het op het droge gebracht. Dr. Leyt heeft getracht de levensgeesten op te wekken door toepassing van kunstmatige ademhaling, doch zonder resultaat. Het lijk is naar Calvariënberg overgebracht."

Reinier Hubertus BASTIAENS, zoon van Joannes Hubertus BASTIAENS en Maria Elisabeth KORTENRAIJ, werd 21 juni 1868 geboren te Maastricht. Hij huwde
Maria Josephine FREDERIKS, dochter van Theodorus FREDERIKS en Maria Theresia Petronella VAN DER VEECKEN, 16 mei 1900 te Maastricht. Reinier overleed 2 januari 1927, 58 jaar en 6 maanden oud te Maastricht. Sterfhuis Herbenusstraat 31.

 

Angèle Louise HERRMAN, dochter van François Louis HERRMAN (schipper uit Rotterdam) en Sylvie Catherine GALÈRE overleed 9 november 1927, 1 jaar en 2 maanden oud om half zeven uren namiddag te Maastricht. Een petroleumlamp was omgevallen in de kajuit van het schip Louise Pierre en Angèle verbrandde levend.

Bron: Nieuwe Rotterdamsche Courant van 10 november 1927.

Bron: De Limburger Koerier Maastricht van 10 november 1927.

De aangifte van overlijden te Maastricht op 10 november 1927.


 

Mathieu VAN DIEST verdronk 2 februari 1930 te Borgharen. Zijn ouders waren Joannes Wilhelmus VAN DIEST geboren op 8 mei 1828 te Amstenrade. Hij huwde Maria Agnes ENGELS 12 januari 1859 te Maastricht. Maria Agnes ENGELS werd geboren op 2 januari 1832 te Lanaken.

Mathieu werd geboren op 13 mei 1865 te Maastricht. Hij huwde Maria Anna Catharina HABETS, dochter van Joannes HABETS en Anna Catharina SCHOUTETEN,  9 januari 1907 te Maastricht. Maria werd geboren op 4 februari 1874 te Berg en Terblijt. Zij overleed 21 oktober 1952, 78 jaar oud te Venray.

 

Uit de Limburger Koerier van 17 mei 1930:

"MERKWAARDIGE BRANDKAST VAN EEN ARM VROUWTJE. Wat men zooal vond. BORGHAREN.

De weduwe Mathieu van Diest, wier echtgenoot op 2 Februari l.l. jammerlijk in de Maas verdronk, moest dezer dagen wegens krankzinnigheid naar Venray worden overgebracht. Het vrouwtje gaf voor, geheel zonder middelen van bestaan te zijn en verzamelde letterlijk alles, wat zij op haar dagelijksche omzwervingen tegenkwam of van goedgeefsche inwoners kreeg. Bedelen deed zij wel niet, maar zij liet zich verzorgen op kosten van het armbestuur.
Na haar overbrenging naar Venray bezochten de gemeente-veldwachter Coumans en Rijksveldwachter Urlings onder toezicht van den Burgemeester en medewerking van den gemeente-secretaris haar verlaten woning, die volgens geruchten in een verregaanden toestand van vervulling moest verkeeren. Wat daar werd aangetroffen, was erger dan te verwachten viel. Wel stonden er een viertal emmers, doch voor schrobben of poetsen hebben die nooit dienst gedaan.
De eerste lade, die geopend werd, bevatte naast allerhande anderen rommel een aantal ineen gefrommelde koffiezakjes. De politie, die de mogelijkheid niet achtte uitgesloten, dat er eenig geld in de woning aanwezig zou zijn, ontdekte al spoedig, dat in elk dier zakjes enkele geldstukken geborgen waren, als dubbeltjes, kwartjes, centen, stuivers, halve centen, halve stuivers en guldens.
In de zelfde kast bevonden zich de kleeren van den overleden Van Diest en van 't vrouwtje zelf. Deze kleeren waren meerendeels geheel vergaan en zwaar beschimmeld; 't onderzoek daarvan leverde niets op. Wel werden op den bodem van de kast weer eenige koffiezakjes gevonden met klein geld en zelfs enkele rijksdaalders. Een tweede kastje was op slot en zag er op het oog heel gewoon uit. De opening van het kastje leverde een walgelijk gezicht; de geheele inhoud (hoofdzakelijk nieuw linnen) was totaal verrot en vergaan, brokstukken papier en lompen kleefden aan de geheel vermolmde planken. Uit dezen chaos van vuil en viezigheid kwamen echter twee pungels ter grootte van een voetbal te voorschijn; het geheel bestond uit aan elkaar genaaide lompen en vodden en was buitengewoon zwaar. De gevonden schat werd los gesneden en bleek weer opnieuw gevuld uit kleine omsnoerde en ingenaaide bundeltjes te bestaan, die elk afzonderlijk een drietal zilverstukken en wat kleingeld bevatten.
Dit geld was geheel beschimmeld en aan een gekleefd.
Het gekke vrouwtje had het dikwijls over dollars. Het is mogelijk, dat hiermede rijksdaalders bedoeld waren. Bij verder onderzoek werd in afval en viezigheid ook nog een aantal koffiezakjes gevonden, waarvan er een zelfs een bankje van f 25 en een van tien gulden bevatte.
Omstreeks half drie uur in den namiddag, na ruim drie en een half uur zoeken en ploeteren, kon in een der emmers reeds een bedrag van ongeveer fl. 640.- geborgen worden.
Na een uur rust te hebben genomen, werd andermaal gezocht, en begon men de voor de tweede maal gecontroleerde lompen - en voddenmateriaal stelselmatig op te ruimen. Een eigenaardig gevouwen lapje stof bleek vijf briefjes van f 10 en twee zilverbons van f 2.50 te bevatten. Op een andere plaats werden twee briefjes van f 60 uitgepeuterd. Zorgvuldig nazoeken van het ledikant bracht in een kussensloop verborgen een massa kleine pakjes met ingenaaid zilvergeld, meestal guldens en rijksdaalders, aan het licht. Hier en daar werden nog kleine vondsten gedaan, en de eindtelling op het gemeentehuls leverde een gezamenlijk bedrag van 999 gulden en zeven en zestig en een halve cent op. Het geld Is bij de Boerenleenbank te Limmel vastgezet ter bestrijding van de kosten van overbrenging en verzorging van het arme vrouwtje. De in het woonvertrek aangetroffen bijna nietswaardige meubeltjes enz. zijn naar het gemeentehuis overgebracht. Ook hadden de genoemde personen bij dat onderzoek nogal veel niet te noemen beestjes opgevangen, waarvan zij naderhand den last ondervonden.
Een woord van hulde komt zeker den burgemeester toe, die ten voordeele van de gemeentekas dit karweitje geheel heeft bijgewoond, en niet tegenstaande zijn hoogeren rang ook niet van het bezoek dier niet te noemen beestjes was verschoond gebleven."

 

Waarschijnlijk op 26 mei 1930 (de dag van zijn vermissing) verdronk om 2 uren namiddag (op 29 mei 1930 - de dag van het ophalen van de drenkeling - volgens de aangifte Burgerlijke Stand van 30 mei 1930 te Maastricht) Joannes Arnoldus Casparus CLAESSENS in het Kanaal te St. Pieter. Hij werd 20 jaar en 10 maanden oud, was ongehuwd en groenteteler van beroep. Woonachtig was hij bij zijn vader op de Lage Kanaaldijk 106 te St. Pieter. De aangifte van zijn overlijden werd gedaan door Mathieu ROSIER, koster, 47 jaar oud en Willem SCHIEPERS, landbouwer 50 jaar oud, beiden woonachtig te St. Pieter.

Hij werd geboren op 3 juli 1909 te St. Pieter als zoon van Casparus Gulielmus Hubertus (Gaspar Wilhelmus Hubertus) CLAESSENS geboren en gedoopt op 3 december 1880 te St. Pieter. Gaspar huwde Maria Josephina JONGEN 4 september 1903 te St. Pieter. Gaspar overleed 16 maart 1936, 55 jaar oud in het ziekenhuis Calvariënberg te Maastricht en werd bijgezet op 19 maart 1936 te St. Pieter. Maria Josephina JONGEN werd geboren op 27 mei 1880 te St. Pieter. Zij overleed plotseling op 15 november 1926 ,46 jaar oud Lage Kanaaldijk 106 te Maastricht (St. Pieter) en werd begraven op 17 november 1926 te St. Pieter. Johannes werd begraven op 31 mei 1930 te St. Pieter.

 


 

Inschrijving in het overlijdensregister van de Parochie St. Pieter.

Aloysius VAN NESPEN overleed 12 augustus 1930. Hij was verdronken in het Kanaal te St. Pieter en werd 5 jaar en 9 maanden oud.
De ouders van Aloysius VAN NESPEN waren Jozef VAN NESPEN (zetschipper van beroep) en Maria Ludovica VERSMISSEN.
Aloysius werd geboren omtrent 1925 te Turnhout (België). Hij werd begraven op 14 augustus 1930 te St. Pieter. De aangifte van zijn overlijden werd gedaan door
Mathieu ROSIER, koster, 48 jaar oud jaar oud en Hubertus TILLY, caféhouder, 32 jaar oud,  beiden woonachtig te St. Pieter.

De Limburger 30 juni 1931:

Jacobus Gerardus VAN BUN, zoon van Johannes Gerardus VAN BUN en Maria Elisabeth Hubertina DELLO, werd 28 juli 1908 geboren te Maastricht.
Jacob overleed omtrent 29 juni 1931, 22 jaar oud te Maastricht.

Paulus Hubertus GOESSENS verdronk omtrent 2 juli 1931, 34 jaar oud te Maastricht. Hij werd 7 maart 1897 geboren te Heer en Keer als zoon van Joannes Gerard Hubertus GOESSENS en .Philomina GHELEN. Hij  huwde de Joodse Helena HORWITZ, dochter van Jacob HORWITZ en Caroline WIJNGAARD (verdronken opgehaald uit de Zuid-Willemsvaart 10 mei 1917), 3 augustus 1921 te Maastricht. In 1921 was hij opperman van beroep, in 1931 venter en woonachtig Langs de Maas 23 te Maastricht. Hij was vader van 7 kinderen. De Limburger van 4 juli 1931:

Uit de politierapporten '40-'45 Gemeentelijk Stadsarchief Amsterdam, Rapportnummer: 214 Wijkbureau: Mosplein. Helena HORWITZ werd door de politie opgehaald en naar de Joodsche Schouwburg overgebracht. Gelukkig mocht Helena dezelfde dag weer naar huis en overleefde de oorlog.

 

Limburger Koerier van 6 augustus 1931:
"In de Maas verdronken. BORGHAREN. - Gisteren omstreeks 9 uur 's avonds werd de gemeente-veldwachter Coumans gewaarschuwd, dat langs den oever van het Juliana-kanaal in den Borghaarderbosch een fiets en kleeren van een manspersoon lagen en de eigenaar niet te zien was. Bij het nazien der kleeren bleek uit de papieren, die zich in de zakken bevonden, dat deze waren van den 22-jarigen M. Janssen wonende Bloemenweg, Wijk-Maastricht. De familie, die met het een en ander in kennis werd gesteld en waarvan een broeder van den vermiste ter plaatse kwam, herkende deze kleeren en fiets als van zijn broeder te zijn. Deze deelde mede, dat zijn broeder omstreeks half 3 was weggegaan om te gaan baden. Alhoewel door een 5-tal personen getracht werd door duiken den drenkeling te vinden en de inmiddels gewaarschuwde bediening van de stuw met eenig materiaal aanwezig was en deze tot laat in den avond gedregd had, is het niet mogen gelukken den drenkeling te vinden. Hedenmorgen is opnieuw met nog meer materiaal begonnen naar den ongelukkige te dreggen. De Burgemeester alsmede de marechaussee van den Scharnerweg waren 's avonds aanwezig."

 

Mathieu Lambert Roelof JANSSEN was opzichter in de zinkwitfabriek. Zijn ouders waren Hendricus Matheus JANSSEN - werkzaam als conducteur bij het Staatsspoor en spoorwegbeambte - geboren op 2 oktober 1876 te Mheer. Hij huwde Catharina WILLEMS 18 november 1901 te Mheer. Catharina WILLEMS werd geboren op 22 september 1870 te Mheer. Catharina overleed 6 maart 1952, 81 jaar oud te Maastricht. Mathieu werd geboren op 20 september 1907 te Eygelshoven. Hij overleed 8 augustus 1931, 23 jaar en 10 maanden oud te Borgharen.

 

Algemeen Handelsblad van 16 september 1931:

"Na een bezoek aan de te kermis Maastricht is hedennacht de 47-jarige J. Willems aan de Zuidwillemsvaart gestruikeld over een touw, waarmede een schip was vastgelegd. Na eenige oogenblikken werd de man levenloos opgehaald."

De drenkeling is Lodewijk WILLEMS, zoon van Johannes Pieter WILLEMS en Cornelia HEUTS (HUIJTS). Lodewijk werd 28 mei 1880 geboren te Berg en Terblijt.
Lodewijk huwde Maria Ida BREPOELS, dochter van Jean BREPOELS en Maria Ida NICOLAES, 12 augustus 1905 te Oud-Vroenhoven. Lodewijk overleed 16 september 1931, te half een uur voormiddag, 51 jaar oud te Maastricht. Hij was havenwerker van beroep en woonachtig Sandersweg 30 te Maastricht.

 

9 juli 1932. Joseph Hugo Louis OLDENBROEK overleed 9 juli 1932, ruim 10 jaar oud. José verdronk in het kanaal van Luik naar Maastricht bij het vissen te Maastricht. José werd geboren op 10 oktober 1921 als zoon van Victor Hugo Casper OLDENBROEK en Constance Sophia Maria LOIJENS. José werd begraven op 12 juli 1932 te St. Pieter. Papenweg 78 te Maastricht (St. Pieter). Zie: kerkhof St. Pieter vak P.

 

De Sumatra Post van 12 september 1932:

ZIJN LEVEN VOOR EEN DRENKELING OPGEOFFERD

 

Begrafenis te Maastricht


"Te Maastricht, is ter aarde besteld het stoffelijk overschot van den 35 jarigen schipper J. H. M. Buschgens, die in het Ziekenhuis Calvariënberg te Maastricht aan typhus is overleden. Deze man heeft zijn leven opgeofferd om een medemensch te redden, meldt de Telegraaf. Op 14 Aug. zag hij een knaapje van het weeshuis alhier in den z.g. bloedbak (een verzamelplaats van afval en vuil) in de Jeker vallen. B. sprong hem achterna en kon het knaapje redden. Spoedig moest hij zich echter onder geneeskundige behandeling stellen, waarbij gebleken is, dat de redder met typhus besmet water had ingenomen. Op 21 Aug. j.l. is hij aan typhus overleden. Tal van te Maastricht liggende schippers volgden de baar, terwijl op alle schepen de vlag halfstok was geheschen uit piëteit voor dezen moedigen collega, die zijn hulpvaardigheid met het leven heeft betaald."

 

Jean werd 16 oktober 1896 geboren te Tilleur (België) Quai du Halage, als zoon van de schipper Pierre Leonard BUSCHGENS en Jeanne Marie LIEBETON.

 

30 december 1932 werd aangifte gedaan van een onbekend manspersoon, oud ongeveer ruim vijftig jaren, opgevist 29 december 1932 te half twee uren voormiddag
Limburgsch Dagblad van 30 december 1932:

"Lijk opgevischt. In het kanaal te Maastricht werd Donderdagnamiddag ter hoogte van St. Pieter het lijk gevischt van een onbekend manspersoon, naar schatting 55 jaren oud. Het lijk werd overgebracht naar het ziekenhuis Calvariënberg."

 

 

 

De Limburger Koerier van 28 mei 1936:

 

De Nieuwe Venlosche Courant van 12 september 1936.

De moord te Klein Lanaije MAASTRICHTSCHE VEEKOOPMAN UITGEPLUNDERD EN IN 'T KANAAL GEGOOID. De daders voor de Rechtbank.


"Op 15 April werd nabij de herberg no. 56, te Klein-Lanaye, het lijk opgehaald van den Nederl. veekoopman Simon Schellevis, 25 jaar oud, wonende te Maastricht. Het lijk vertoonde sporen van mishandeling en het onderzoek wees uit, dat Sch. gestorven was door onderdompeling, doch dat hij daarvóór mishandeld was geworden. S. Sch. was den 8e April met een meisje en een vriend per taxi van Maastricht naar KI. Lanaye gereden. Met z'n drieën bezochten zij verschillende café's. Sch., die erg opschepperig was aangelegd, zat met z'n Hollandsche guldens te pronken (hij had ƒ 250 bij zich), toonde z'n bankbiljetten aan iedereen, en zat maar te snoeven, doch het meisje B. W. en haar kennis, voorzagen moeilijkheden en keerden per taxi naar Maastricht terug.

De daders aangehouden.

Ondertusschen leidden drie kerels te Luik een vroolijk leventje van S. zijn geld. Het waren Rob. Baert, zeeman van beroep, doch werkloos, en twee Polen Jos. Malerzewiesch en Karl Nogassch, alle drie verblijf houdend te KI. Lanaye. Dien nacht waren Baert en zijn twee gezellen niet naar huis geweest. Dit veroorzaakte zware verdenking op het drietal. Zij werden aangehouden, doch allen loochenden hardnekkig."
 

Volledige bekentenissen.

's Anderdaags, 17 April, bekende Baert volledig en vertelde ook, dat de vader van J. Malerzewiesch, geld had aangenomen. Hij vertelde de misdaad aldus: „Met z'n drieën zaten wij in een café te KL. Lanaye, toen wij twee mannen en een vrouw zagen binnenkomen. Ze waren eenigszins aangeschoten. Een hunner gaf een rondje en pronkte met zijn Hollandsche guldens. Rond 11 uur gingen de man en het meisje met de taxi naar huis en wilden Sch. meenemen, doch deze weigerde categorisch en zei maar, dat hij een plezanten avond wilde hebben. De veekoopman dronk nog meerdere pintjes bier en kort voor 12 uur verliet hij 't café. Ik en de twee Polen gingen hem na, en toen kwam het mij in den kop om hem uit te plunderen. Ik polste mijn kameraden.... en zonder aarzelen vloerden wij den veekoopman. Toen hij op den grond lag te schreeuwen hamerden wij met de vuisten op zijn gezicht en daar hij zich verweerde, schopte ik hem een paar malen tegen het hoofd. Dit veroorzaakte de wonde aan 't oog. Toen hij zich niet meer bewoog, namen wij hem zijn geld af. Vreezend, dat hij ons herkend had, besloot, ik, hem te doen verdwijnen. Samen sleepten wij hem naar den waterrand, en vlak naast het kanaal lieten we hem liggen. Even later zei Baert echter den koopman in het kanaal te hebben gestooten. Na de misdaad gingen wij bij den vader van de Polen, het was bijna een uur. Wij vertelden hem, dat wij den Hollander in de vaart hadden gegooid en toonden hem 't geld. De vader antwoordde: „Als de Justitie er achter komt, hangt ge d'r aan voor uw leven". Wij deelden toen samen en gaven vader M. een deel, om niet te klikken. Kort daarop werden de vier voornoemde lieden aangehouden en ingesloten. Allen verschenen Dinsdag voor de boetstraffelijke Rechtbank te Tongeren en werden naar de vierde zitting van het Assisenhof van Limburg gezonden."


Limburger Koerier van 19 december 1936:

.... "Na anderhalf uur in de raadkamer te hebben doorgebracht, heeft het Hof (te Tongeren) vonnis gewezen en wel: tegen Robert Baert 15 jaar dwangarbeid; tegen Jos. Malengewiez zeven jaar opsluiting en tegen Charles Nogossek vier jaren hechtenis. Louis Malengewiez werd vrijgesproken."

 

Simon SCHELLEVIS werd geboren op 19 februari 1911 te Amsterdam als zoon van Hartog SCHELLEVIS en Jansje GOUDSMIT. Hartog werd geboren op 5 mei 1888 te Amsterdam. Hij huwde Jansje GOUDSMIT 1 december 1910 te Amsterdam. Hartog overleed 8 juni 1934, 46 jaar oud te Maastricht. Jansje GOUDSMIT werd geboren op 3 oktober 1886 te Amsterdam. Zij werd vermoord op 23 november 1942, 56 jaar oud te Auschwitz (Polen). Simon werd beroofd en vermoord op 9 april 1936, 25 jaar oud (in het Albertkanaal geworpen).

 

Bron: familieadvertenties CBG.

13 juni 1937 verdronk omtrent half elf uren voormiddag te Maastricht. in het Kanaal van Luik naar Maastricht Ludovicus VAN RIJSSELT, 10 jaar en 1 maand oud. Hij was vermoedelijk spelenderwijze te water geraakt. Louis was een zoon van Johannes Hubertus VAN RIJSSELT en Maria Gertrudis VAN EIJSDEN en geboren in 1927 geboren te Maastricht. Sterfhuis Houtmaas 10.

De Limburger van 14 juni 1937:

Limburgsch Dagblad van 2 juni 1939:

"De 8-jarige M. P. van de Wel, wonende aan den Papenweg te Maastricht, was gisterenmiddag omstreeks 2 uur met eenige vriendinnetjes wat gaan wandelen. Hierbij kwamen zij in de omgeving van het z.g. Drifke, een verbindingswater tusschen Kanaal en Maas op St. Pieter. Spelende is het meisje aldaar toen van den berm afgevallen en in het 2 meter diepe water geraakt. Ondanks het feit, dat spoedig geneeskundige hulp na het redden aanwezig was, konden de levenssgeesten niet meer opgewekt worden."

 

Maria Paulina werd geboren omtrent 1932. Zij verdronk 1 juni 1939, 7 jaar en 7 maanden oud bij het Drifke te St. Pieter. Het sterfhuis was Papenweg 22. Haar ouders waren Hendrik VAN DER WEL geboren op 27 juni 1897 te Beverwijk. Hendrik huwde Francina VAN DER BLIEK 6 februari 1919 te Ellewoutsdijk. Hendrik overleed 17 november 1977, 80 jaar oud. Hij was boekhouder in 1919; 1929 koopman van beroep. Francina VAN DER BLIEK werd geboren op 17 juni 1895 te Ellewoutsdijk. Zij overleed 27 maart 1986, 90 jaar oud.
 

Gelukkig werden heel wat kinderen en volwassen wel uit het water van dit kanaal gered. Op de webpagina's over het kerkhof van St. Pieter kunt u hier meer over lezen. Onderstaand een artikel over de uitreiking van de bronzen erepenning voor getoonde moed. Elisabeth Theodora Ernestiene (Alice) GOFFIN redde drie (dronken) schippers uit het kanaal van Luik naar Maastricht bij St. Pieter. Bron: De Limburger Koerier van 2 februari 1935.

 

 

De Limburger Koerier van 7 mei 1940:
KRANIGE REDDING
"Maandagmiddag is een 10-jarig kind op den Maasmolendijk nabij de ophaalbrug tegenover de St. Antoniusstraat alhier, spelenderwijze in de Zuid-Willemsvaart geraakt. Op het geschreeuw „kind te water" sprong de 38-jarige W. v. B. van hier (?) gekleed te water en het gelukte hem met behulp van een reddingsboei en een ladder het kind, dat reeds eenige malen onder water was geweest, op het droge te brengen."

De Nieuwe Koerier van 23 januari 1941:

"Uit het kanaal is Dinsdagmiddag het lijk gedregd van den 61-jarigen Ch. Valck, wonende aan de Raamstraat te Maastricht, die al sinds 7 weken vermist werd. Vermoedelijk is de man door de duisternis misleid te water geraakt en verdronken." De overlijdensakte van Désiré Charles Joseph VLACQ is gedateerd op 21 januari 1941 te Maastricht. Hij was een zoon van Jean Joseph VALCQ en Anne Catherine HOEN, huwde op 23 juli 1902 te Maastricht Odilia HOUBEN, dochter van Pieter Jozef HOUBEN en Maria Catherina WEIJENBERG.

 

De Nieuwe Koerier van 23 januari 1941:

 

Algemeen Handelsblad van 19 oktober 1940:

 

Advertentieblad van het departement van de Wester-Eems van 2 augustus 1941:
"Donderdagmorgen raakte een zeven-jarig knaapje, dat met enkele vriendjes zijn speelterrein in de buurt van het kanaal gezocht had, te water. Op het hulpgeroep van den kleine snelde dhr. G. Klingenstijn toe. Hij ging onmiddellijk te water en hij slaagde er in het knaapje op het droge te brengen. Dr. v. d. Ley verleende den kleinen drenkeling de eerste hulp. Het bleek, dat het knaapje slechts wat water had binnen gekregen."

 

Limburger Koerier van 7 maart 1942:
"Sedert Woensdagavond wordt vermist de eerste machinist van het gemeentelijk Slachthuis, de 51-Jarige H. Th B. Hij was dien avond omstreeks half negen nog even op het slachthuis geweest om daar enkele machines te controleeren en is een half uur later weer weggegaan. B. woont op de Commandeurslaan, vrijwel vlak naast het Slachthuis. Hij is echter niet in zijn woning teruggekeerd. De onzekerheid over zijn wegblijven groeide tot groote ongerustneid toen men Donderdagmorgen langs den kant van de Zuid- Willemsvaart, in de onmiddellijke nabijheid van de woning van B. den hoed van den machinist vond .Aangifte van de vermissing volgde Donderdagmorgen bij de politie en toen is van gemeentewege den heelen dag in het kanaal gedregd, tot het vallen van den avond echter zonder resultaat. De pogingen om B. terug te vinden, worden voortgezet. B. die gehuwd is en vader van verschillende kinderen, was al ruim 25 jaar bij het Slachthuis werkzaam, waar hij een gewaardeerde kracht was." ... "Drenkeling opgehaald. MAASTRICHT. - Vrijdagmorgen is spoedig, nadat men het dreggen van Donderdag had hervat, uit de Zuid-Willemsvaart, ter hoogte van zijn woning aan de Commandeurslaan, opgehaald het lijk van den 51-jarigen B. machinist aan het gemeentelijk Slachthuis te Maastricht. De man is waarschijnlijk Woensdagavond omstreeks 9 uur door de duisternis misleid, te water geraakt. Het lijk is per politiebrancard naar Calvariënberg overgebracht."

 

De ongelukkige is Hubertus Theodorus BUCX, zoon Jan Baptist BUCX en Theresia SCHORS. Hij werd 8 november 1890 geboren te Maastricht en huwde Anna Elisabeth WILDERS, dochter van Willem WILDERS en Anna Gertrudis ERCKENS, 11 november 1922 te Maastricht. Hubert overleed 6 maart 1941, 50 jaar oud te Maastricht. Hij was chef-machinist aan het Openbaar Slachthuis te Maastricht van beroep.

 

Veritas, katholiek 14-daagsch blad voor Maastricht van 22 januari 1945:

"Dezer dagen is uit de Maas ter hoogte van den Biezenwal opgehaald het lijk van den 28 jarigen bouwkundigen opzichter H. P. E. Janssen, alhier, die op 30 November van het vorig jaar met een auto van den opsporingsdienst, waarbij hij in dienst was, achteruit van den Biezenwal in de rivier was gereden."

1946: Wim HALMANS geboren in 1940 en overleden in 2009, 69 jaar oud. Als jochie van 6 werd hij door Dhr. LEM, bakker te Maastricht in 1946 uit het kanaal gered.
 

Arnoldus Hubertus CLAESSENS verdronk 31 mei 1948, 39 jaar oud.

 

Gazet van Limburg: 1 juni 1948 en 2 juni 1948.

 

 

12 februari 1952. De Heerenveensche koerier onafhankelijk dagblad voor Midden-Zuid-Oost-Friesland en Noord-Overijssel:

"Maandagmiddag werd uit het kanaal Maastricht-Luik ter hoogte van het zogenaamde 'Drifke' op St Pieter het lijk opgedregd van de 68-jarige H. L. J. van Andel, van beroep schipper en wonende aan de Parkweg te Maastricht. De man werd reeds sedert 9 Januari j.l. vermist. Blijkens het ingestelde onderzoek is dit verdrinkingsgeval te wijten aan een ongeluk."

Henri Léonard Joseph VAN ANDEL werd geboren op 23 mei 1884 te Luik. Hij overleed 11 februari 1952, 67 jaar oud te Maastricht. Hij was een zoon van Léonard VAN ANDEL en Marie Catherine GRAULS. Hij huwde Maria Johanna OTTEN. Marie Jeanne werd 14 november 1882 geboren te Kerkdriel. Zij overleed te Kerensheide-Stein, 91 jaar oud en werd 12 juni 1974 begraven te Maastricht (Begraafplaats Tongerseweg).
 

Limburgsch Dagblad van 27 oktober 1954:

Limburgsch Dagblad van 18 juli 1955:

Ida Joseph BRAKEN werd geboren op 12 januari 1938 te Maastricht als dochter van Arnoldus Johannes Hubertus BRAKEN en Anna Maria WILLEMS. De ouders van Ida hadden gedurende acht jaar het café "De Grot" op de hoek van de Lage Kanaaldijk en de Ursulinenweg. Daarna woonde de familie aan de Lage Kanaaldijk nr. 51. Ida overleed 26 oktober 1987, 49 jaar oud te Maastricht.

Omtrent 22 augustus 1955 verdronk de 67-jarige ongehuwde Maastrichtse koopman A. P. in de Maas. Ter hoogte van de Wilhelminabrug werd het stoffelijk overschot opgehaald. De man werd sinds maandag vermist. Hij is waarschijnlijk per ongeluk te water geraakt. Het betrof Antonie POLS, lompenkoopman, geboren te Waspik als zoon van Barth POLS en Cornelia SMITS.

 

Bertha Klara Elisabeth DOHRENBUSCH, dochter van Peter DOHRENBUSCH en Anna SENGE, werd 9 oktober 1955, om vijftien uur dertig gevonden in de rivier de Maas onder de gemeente Maastricht. Zij was sinds 18 oktober vermist. Zij woonde te Maastricht en was gescheiden van Wilhelmus Anthonius TERLIEN.

Louis Jean MESTRÉ overleed omtrent 8 september 1956, 53 jaar oud. Het Stoffelijk overschot werd gevonden in het Kanaal van Luik naar Maastricht ter hoogte van de Enci-Cementfabriek te Maastricht. Louis werd in 1903 geboren te Villers L' Évêque als zoon van Michel Jean Joseph MESTRÉ en Marie Julienne Felicité CAPELLE. Louis was veekoopman en woonachtig te Kemexhe (Luik). Door onbekende oorzaak was zijn auto ter water geraakt.

 

10 december 1956 verdronk in het Kanaal van Luik naar Maastricht te Maastricht de driejarige Franciscus Christiaan DE REUVER, zoontje van Wilhelmus Arnoldus DE REUVER en Wilhelmina MACHIELS. Ter hoogte van de St. Antoniusstraat was de peuter spelenderwijs in het Kanaal van Luik naar Maastricht geraakt en verdronken. Franske werd 13 december 1956 begraven te Maastricht op de R.K. Begraafplaats aan de Tongerseweg.

 

De Tijd: godsdienstig-staatkundig dagblad van 8 juli 1957 meldt:

"In de Maas ter hoogte van het terrein van de watersportvereniging Treech te Maastricht is het 12-jarig meisje F. uit Maastricht door onbekende oorzaak in de Maas verdwenen. Het kind kon zwemmen. Voorts is in het begin van het Julianakanaal de 17-jarige jongen B. verdronken. Hij kon niet zwemmen."

 

Nicolaus Hubertus MOEBERS geboren op 7 december 1889 te St. Pieter als zoon van  Hendrik Alphonsus MOEBERS en Maria Theresia WIJNANTS (WINANTS) en overleed 17 november 1957, 67 jaar oud te Maastricht. Zijn lijk werd gevonden in de Jeker te Maastricht. Nicolaus werd begraven op St. Pieter op 20 november 1957 in vak D 19. Hij was tuinder van beroep. Papenweg 44.

Friese koerier, onafhankelijk dagblad voor Friesland en aangrenzende gebieden van 18 november 1957:

Gijsbertus Hubertus HOGENBOOM overleed te Stein op 4 juni 1962, 83 jaar oud. Hij werd dood gevonden als lijk in de Maas. Sterfhuis Tongerseweg 164 te Maastricht. Hij was een zoon van Hendrik HOGENBOOM en Elisabeth Cornelia Hubertina MOERS en werd op 18 januari 1879 geboren te Oud-Vroenhoven. Gijsbertus werd 7 juni 1962 bijgezet te Maastricht (Algemene Begraafplaats Tongerseweg).
 

Roelof Wihelmus KUPERUS verdronk 8 november 1962, 3 jaar oud. Zie: http://www.breurhenket.com/Geruimd/Geruimd.htm#Vak_E_104.

 

 

 

1961: fotograaf Jacques Voets maakte bovenstaande opname van de ophaalbrug. Foto: collectie Mevr. Clémence de Vos - Closset.

 

Uiteindelijk gingen ook het karakteristieke brugje over het kanaal en de twee pilaren, waartussen men in tijd van beleg stevige planken kon schuiven, door de slopershamer definitief verloren. Voor de aanleg van de Maasboulevard eind jaren 60 moest veel cultureel erfgoed wijken. De eeuwige strijd tussen de vooruitgang en behoud van waardevolle historische objecten werd in het voordeel van de belangen van de Maastrichtse middenstandondernemers beslist. De aanleg van een echte tunnel voor het doorgaand verkeer was een betere optie geweest.

Willem Rossen.

20 september 1962: arbeiders leenden een waterpomp bij de Enci. Aangekomen bij de brug werd de brug omhoog gebracht tot de hoogte van de waterpomp op het laadplatform van de vrachtauto. Het overbrengen van de waterpomp van laadplatform naar brug ging fout. Willem Rossen (* 1931 † 2004), de man die gewond raakte bij het inzakken van de ophaalbrug bij de Bonne Femme, was een oom van Rudie Kuperus.

 

Uit het Archief van de Gemeentepolitie Maastricht:

20 september 1962:

"16.45 uur. Wordt telefonisch kennisgegeven dat tijdens het afladen van een waterpomp op de ophaalbrug aan het Bat een ongeval had plaatsgehad. Hierdoor werd een persoon genaamd: Rossen, Wilhelm Hendricus, geboren te Nijmegen op 12 mei 1932, bakschipper, wonende te Nijmegen, Biezendwarsstraat 66, gewond en moest worden opgenomen in het ziekenhuis Sint Annadal.
De commissaris van politie heeft zich van de toestand ter plaatse op de hoogte gesteld terwijl onder leiding van hoofdinspecteur Thijs de nodige verkeersmaatregelen werden genomen. Morgen 21 september 1962 om 10.00 uur zal worden begonnen met de afbraak van de beschadigde ophaalbrug."

Uitbater Math de Bruijn van de '"Bonne Femme" aan de overzijde verleende Rossen eerste hulp. De Bruijn riep een omwonende om enkele dekens uit het raam te gooien en de ambulance te bellen. Rossen werd een week later uit het ziekenhuis St. Annadal ontslagen en herstelde verder te Nijmegen van de opgelopen hersenschudding; de wond aan zijn hoofd was deskundig gehecht, een litteken was later niet zichtbaar. 21 september 1962, daags na het ongeval met Willem Rossen, werd de brug gesloopt (zie linker foto). Vervolgens werd op 3 oktober 1962, twee weken na het ongeval, het onderstel van de brug verwijderd.

 

25 april 1963: de sluis is leeg! Willem Rossen (met handen in de zij) staat op de dam ten zuiden van de St. Servaasbrug. De man in de witte regenjas uiterst rechts is Dhr. Dresens (* 1928 † 2000) van Rijkswaterstaat die hem zeven maanden eerder opzij duwde bij het incident met de brug.

Foto's en informatie: Dhr. Rob Kamps. Met dank aan Dhr. Willem Rossen (†), Dhr, M. de Bruijn en de fam. Krebbers.

Ons bestuurslid Dhr. Rob Kamps (†) schreef voor het tijdschrift De Bombardon, derde jaargang, nummer 2, juni 2010 het artikel Blinden, blindgangers en een bloedbak. De Bombardon is het orgaan van de Stichting Geschiedkundige Verzameling Explosieven Opruimings Dienst.
 

In dit artikel kunt U o.a. meer lezen over Willem Rossen.

Klik op onderstaande links om het artikel te lezen:

 

Bloedbak1.jpg  Bloedbak2.jpg  Bloedbak3.jpg

 

7 februari 1963. Helena Martina Petronella JELTEMA wordt te elf uur dertig in de Maas gevonden te Maastricht. Lena werd 9 juli 1893 geboren te Venlo als dochter van Jan Eeltjes JELTEMA en Maria Elisabeth KUIJPERS. Jan Eeltjes JELTEMA werd 10 december 1853 geboren te Oudwoude Hollumerland. Jan huwde Maria Elisabeth KUIJPERS 2 september 1891 te 's-Gravenhage. Jan overleed 20 september 1946, 92 jaar oud te Maastricht en werd 24 september 1946 bijgezet te Maastricht (Begraafplaats Tongerseweg Protestants). Maria Elisabeth KUIJPERS werd 5 juni 1855 geboren te Maastricht, Groote Stokstraat 2998. Maria overleed 8 september 1921, 66 jaar opud te Maastricht en werd 10 september 1921 begraven te Maastricht (Begraafplaats Tongerseweg Protestants).

Lena was ongehuwd en van beroep naaister. Zij werd 69 jaar oud.

 

Jan Jeltema was Brigadier bij de Koninklijke Marechaussee en later o.a. portier bij het Gemeentelijk slachthuis te Maastricht.

 

Jan Jeltema, rechts met baard, in functie als Marechaussee. Foto: collectie Breur Henket.


 

4 mei 1963 te zeven uur vijfenveertig werd in de Zuid Willemsvaart ter hoogte van de zgn. Langebrug nabij de Staalwerken De Maas in het Bosscherveld gevonden het lijk van Antoon ROBEERST. Hij werd sedert 6 mei vermist. Hij werd 37 jaar oud. Handlanger van beroep en ongehuwd. Zoon van Hubertus ROBEERST en Maria Cornelia VAN BERLO.

 

 

Zwembaden gaan ook hun tol eisen.

 

De Tijd. De Maasbode van 15 juni 1964.

 

Fredricus Nicolaas Johannes MURRER overleed 13 juni 1964, 9 jaar oud omstreeks zestien uur dertig. Zijn stoffelijk overschot werd gevonden in het Jekerbad te Maastricht. Hij was een zoon van Constant Guillaume Joseph MURRER en Maria Adriana DE